Moderne devoten zongen voor zaligheid
ZWOLLE - Alleen mediteren over dood en laatste oordeel, hemel en hel, is niet voldoende. Daar hoort ook zingen bij, vonden de middeleeuwse broeders van het gemene leven uit Zwolle. Dr. Ulrike Hascher-Burger: „Zingen voor de zaligheid was het doel. Alleen dan gaat het hart werkelijk open.”
De broeders van het gemene leven behoorden tot de moderne devotie, een hervormingsbeweging die aan het einde van de veertiende eeuw ontstond rond Geert Groote in Deventer. De broeders en zusters, veelal leken, zochten een nieuwe vroomheid, gericht op het hart. Voorbeeld daarbij was de Vroege Kerk.Laatste dingen
De Duitse musicoloog Ulrike Hascher-Burger, oprichter van het Centrum voor Muziek van de Moderne Devotie, onderzocht de liederen die de moderne devoten uit Zwolle hebben gezongen. Haar onderzoek resulteerde in het boek ”Singen für die Seligkeit” (uitg. Brill, Leiden), over een handgeschreven muziekmanuscript met 25 hymnes en 2 teksten over de zogeheten vier laatste dingen: dood, oordeel, hemel en hel. De Latijnse gezangen zijn anoniem opgeschreven.
Bijzonder aan het manuscript, zegt Hascher-Burger, is dat het is samengebonden met een in 1496 gedrukte tekst over de spirituele opklimming: ”De spiritualibus ascensionibus” van de moderne devoot Gerard Zerbolt van Zutphen. „De liederen en het traktaat zijn inhoudelijk op elkaar betrokken. Verder heeft eenzelfde persoon in beide teksten de initialen met de hand ingekleurd. Gezien de volgorde van de liederen moeten de moderne devoten ze samen hebben gebruikt voor hun weekmeditatie.”
Hascher-Burger ontdekte twee meditatieschema’s in de teksten. „Meditatie was een middel voor spirituele vooruitgang. Deze teksten zijn vooral gebruikt als wekelijkse boetemeditatie. Van maandag tot zondag was er voor elke morgen en avond een stuk tekst en een lied, om aan de hand daarvan te mediteren over hemel en hel, de dood, de weldaden van God, of het lijden van Christus. Daarbij werden aangename onderwerpen afgewisseld met minder aangename. Pedagogisch heel slim dus.”
Het persoonlijke levenseinde was een belangrijk onderwerp voor moderne devoten. Ze dachten na over wat hun na dit leven te wachten stond, over de betekenis van Christus’ dood en over het staan voor de Rechter in de hemel. Volgens de onderzoekster heeft de belangstelling voor deze onderwerpen te maken met de leefwereld van de moderne devoten: een tijd van grote onzekerheid, van misoogsten en pest. „Heel sterk leefde de idee dat het einde van de wereld spoedig zou aanbreken.”
Melodie
Hascher-Burger denkt dat de liederen bedoeld waren voor persoonlijk gebruik. „Ze zijn eenstemmig, dus dat wijst op privégebruik. Verder blijkt uit levensbeschrijvingen van moderne devoten dat zij na het opstaan en ’s avonds voor het naar bed gaan de boetemeditaties lazen.”
De moderne devoten kozen bekende melodieën voor hun liederen. Uitgangspunt waren de liturgische hymnen, die de mensen gewend waren in de kerk te zingen. „De broeders maakten nieuwe teksten op bekende melodieën. En als de tekst te lang of te kort was? Dan pasten ze de melodie gewoon wat aan.”