Mondbelijders
Mochten wij deze gelijkenis met het oor eens horen en met het verstand eens opmerken. Dat ze in ons een heilige bekommering zou verwekken en een nauwkeurig zelfonderzoek om aan de weet te komen tot welk soort van gewas op deze akker der wereld, waar Gods kerk is, wij behoren: tarwe of onkruid.
Ik wil u vragen: Behoort u tot de kinderen van het koninkrijk of tot de kinderen van de boze? Bij het heilig avondmaal nodigt Jezus de kinderen van het koninkrijk. Hij wil hen onthalen op Zijn vlees en bloed. Hij wil hun panden van brood en wijn toedienen tot hun verzekering dat zij Zijn kinderen zijn. Het is het goede zaad, uit God geboren door Zijn Woord en Geest.Maar ofschoon er velen tot het avondmaal zullen naderen, denk echter niet dat het uiterlijk lidmaatschap en de belijdenis u daarop recht geven zo u zonder geloof, bekering en ware hartverandering blijft. U behoort nog niet -zover wij weten- tot de openbare goddelozen en ergerlijken in leer en wandel die de kerkelijke tucht buitensluit. Maar buiten deze grove zondaars blijven er echter zo veel naamchristenen, mondbelijders en geveinsden in de kerk over. Zij zijn nog in hun natuurstaat en onder gemis van Christus’ leven. Zij eten des Heeren avondmaal onwaardig.
Johannes Barueth, predikant te Dordrecht (”Predikende en wonderdoende Christus”, 1752)