Het Muziekpaleis, dat eind 2011 op de plaats van het huidige muziekcentrum Vredenburg gerealiseerd moet zijn, is volgens de betrokken partijen een muzikale droom. Het gebouw zal met zijn hoogte van 43 meter „een soort toegangspoort tot de stad worden.”Het paleis, dat ruim 100 miljoen euro gaat kosten, zal plaats bieden aan vijf muziekzalen: voor symfonie-, kamer-, pop-, jazz- en cross-overmuziek. Het centrale blok van het huidige muziekcentrum, de grote zaal, krijgt na renovatie een plek in het geheel, de rest wordt er nieuw bijgebouwd.

Statement
Het Muziekpaleis wordt volgens de initiatiefnemers „een werkelijk uniek complex, dat zijn gelijke niet kent in de wereld.” De drie muziekinstellingen die straks het Muziekpaleis gaan runnen, Muziekcentrum Vredenburg, poppodium Tivoli en het jazzpodium SJU (Stichting Jazz Utrecht), hebben dan ook de ambitie „de wereld te verbazen met een programma waarin plaats is voor alle mogelijke genres en stromingen in de levende muziek.” Daarom is gekozen voor een „uitdagend en uitnodigend gebouw, een statement wat betreft architectuur”, dat „een brandpunt van muziekcultuur en een uitgaanscentrum zonder weerga” moet worden.

Zo komt er, ter hoogte van de daken van de omliggende bebouwing, een stadsplein. Door z’n ligging moet dit plein „een schitterend uitzicht over de hele Utrechtse binnenstad” gaan bieden. De bezoeker kan er in contact kan komen met andere muzieksoorten: „Hier komt de synergie tussen de muziekstromingen tot stand rondom een grote centrale bar midden op het plein. Het geheel zal werken als een grote ”cultuursnelkookpan”.”

De plannen voor het Muziekpaleis komen mede voort uit de huisvestingsproblemen van Vredenburg, Tivoli en de SJU. De eerste had geen goede kamermuziekzaal, Tivoli veroorzaakt op de huidige locatie geluidsoverlast en kan niet groeien, bij de SJU loopt het huurcontract af. Een en ander leidde tot plannen voor een gezamenlijke huisvesting in het Utrechtse stationsgebied. Architectuurstudio Hertzberger heeft het nieuwe Muziekpaleis ontworpen, waarbij aansluiting is gezocht bij de architectuur van het huidige muziekcentrum, dat door Herman Hertzberger is ontworpen.

Twijfels
Eerder deze maand stemde de Utrechtse gemeenteraad in met de sloop van Vredenburg. Het akkoord was echter met de nodige twijfels omgeven. Vredenburg, Tivoli en de SJU hebben namelijk nog geen overeenstemming weten te bereiken over de samenstelling van het nieuwe bestuur. De SJU voelt zich gepasseerd omdat zij één zetel toebedeeld heeft gekregen, terwijl beide andere partijen drie zetels krijgen. De SJU dreigt op dit moment af te haken.

Ook over de exploitatiebegroting rezen binnen de gemeenteraad vragen. Volgens oppositiepartijen VVD en SP is die te rooskleurig. Zo wordt ervan uitgegaan dat de inkomsten uit klassieke muziek zullen verdubbelen vergeleken met die van het huidige muziekcentrum Vredenburg. De gemeente heeft besloten over deze begroting een second opinion van een onafhankelijk bureau te vragen.

Ondanks dat de kwestie van de samenstelling van het bestuur nog niet is opgelost, ging een meerderheid van de raad toch akkoord. Volgens PvdA-raadslid Isabella moet de gemeente bij alle strubbelingen niet uit het oog verliezen waar het bij dit project om gaat. „De inzet was dat dit muziekgebouw toonaangevend zou worden op alle gebieden: pop, klassiek én jazz. We gaan ervan uit dat die missie nog steeds zal slagen.”

Flexibiliteit
Het hele project vraagt intussen van Muziekcentrum Vredenburg de nodige flexibiliteit. Omdat de concerten gewoon moeten doorgaan, heeft de organisatie een aantal andere locaties gecreëerd. Van september tot december dit jaar wijkt het centrum uit naar de Central Studios, in het noordwesten van de stad, en naar de Jacobikerk.

Vanaf december kunnen bezoekers voor de zogenaamde grotezaalproducties terecht in het stadsdeel Leidsche Rijn, waar een geheel nieuw gebouw verrijst. De concerten die voorheen in de kleine zaal plaatsvonden, gaan vanaf december naar het monumentale gebouw de Leeuwenbergh aan het Servaasbolwerk in het Utrechtse Museumkwartier.