Jaren sparen voor safari, en geen wild zien
KAMPALA - Het aantal leeuwen, luipaarden en hyena’s in het drukst bezochte natuurpark van Uganda is drastisch gedaald sinds nomadische herders met hun kuddes vorig jaar illegaal het park binnentrokken.
Meer dan 80 procent van de hyena’s en veel luipaarden van het Koningin Elizabethpark zouden zijn gedood, meestal vergiftigd. Het kost volgens experts twintig jaar om de schade die de afgelopen vijftien maanden in het park is aangebracht, te herstellen. De herders doodden de wilde dieren om hun vee te beschermen.De nomaden, behorend tot het songoravolk, liepen met hun dieren tot begin vorig jaar onbekommerd rond in het Virungapark, een nationaal park in buurland Democratische Republiek Congo. Ook in dat park had de aanwezigheid van de nomaden met hun duizenden dieren een nadelige invloed op de wildstand, maar doordat er destijds in Congo diverse conflicten woedden, hield niemand toezicht in het park.
Vorig jaar maart werden de nomaden opeens gedwongen het park te verlaten. Velen trokken daarop de grens over. De Ugandese overheid wees een plek aan waar zij hun vee konden laten grazen totdat er een permanente oplossing was gevonden. Die locatie lag net buiten het nationale park.
Regeringen van Afrikaanse landen hebben vaak zeer grote gebieden in hun landen tot nationaal park bestempeld. Ter bescherming van de wilde dieren worden meestal hoge hekken om die parken gezet. Boeren mogen er geen gewassen verbouwen, nomaden mogen er hun vee niet laten grazen. Vaak worden complete dorpsgemeenschappen uit het park gezet. Met lede ogen zien herders aan hoe hun vee net buiten de parken nauwelijks voldoende gras vindt, terwijl de wilde dieren in het park overvloed hebben.
Al snel trokken daarom vorig jaar steeds meer Basongora (Ba betekent mensen) met hun vee het park in. De Ugandese overheid liet het toe en probeerde nog sneller beschikbare plaatsen te vinden in Uganda voor de nomaden en hun vee. De regering voelt zich min of meer verplicht de nomaden een plaats te geven, omdat veel van de Ba-songora oorspronkelijk uit Uganda komen.
De situatie loopt echter geheel uit de hand. De nomaden leven met hun vee inmiddels verspreid over een gebied van 300 vierkante kilometer binnen het park. Herders uit andere delen van Uganda maken misbruik van de situatie door ook hun dieren massaal (en illegaal) naar het park te verhuizen.
De illegale verplaatsingen van rundvee nemen grote vormen aan. Voor steeds meer nomaden wordt buiten het park plaats gevonden, maar terwijl zij met hun vee vertrekken, brengen andere veebezitters hun dieren het park weer in. Vorige week ontdekten parkwachters alleen al tien vrachtwagens vol koeien aan de rand van het park.
Het Koningin Elizabethpark is het drukst bezochte nationaal park van Uganda. Toeristen klagen in toenemende mate dat zij tegenwoordig nog maar weinig wild zien. De afgelopen weken hebben parkwachters in de buurt van een lodge in het park drie kadavers van vergiftigde hyena’s gevonden. „Je moet tegenwoordig geluk hebben om wilde dieren te zien in het park”, zegt Amos Wekesa, directeur van een groot reisbureau. „Zelfs gewone dieren zoals antilopen zijn moeilijk te vinden. Terwijl veel de toeristen jaren hebben gespaard voor een safarireis naar Uganda.”
De aanwezigheid van nomaden in het park zorgt ook voor andere problemen. Veeziekten zoals mond-en-klauwzeer verspreiden zich sneller door het park. De nomaden kappen bomen voor brandhout en voor hutten om in te slapen.
Directeur Moses Mapesa van de Ugandan Wildlife Authority, de overheidsorganisatie die toezicht houdt in de nationale parken, maakt zich grote zorgen. „Om een totale ramp te voorkomen, moeten de Basongora zo snel mogelijk uit het park verdwijnen.” Mapesa is bang dat bijvoorbeeld de leeuwenpopulatie in het park zal uitsterven. Er zijn er nu nog maar 39. Op dit moment bevinden zich zo’n 40.000 stuks vee binnen de parkgrenzen.