Liggingsverschillen
Wat een akelig woord: liggingsverschillen. We zouden het helemaal niet moeten gebruiken, niet moeten willen gebruiken. Goed bezien: het woord bestaat officieel niet eens. In ons taalgebied heeft ”Van Dale, Groot Woordenboek der Nederlandse taal”, een zekere autoriteit. Ik heb de 12e druk van 1995 tot mijn beschikking. Wat blijkt? Daarin komt het helemaal niet voor. ”Liggingsverschil(len)” - onvindbaar.
Ondertussen wordt het wel gebruikt. Het is een woord dat iedereen kent en misschien ook uit onze mond of uit onze pen vloeit. Wat betekent het? En in welke verbanden krijgt het een plaats?
Negenmaal
Ik was er nieuwsgierig naar. Hoe zit dat met de kwalificatie van de zogenaamde liggingsverschillen? Ik wist aanvankelijk niet hoe ik dat op het spoor moest komen. Ik keek de ruggen van mijn boeken eens langs en ik trok de lade met mijn krantenknipsels open. Maar veel verder kwam ik niet. Totdat ik bedacht: we hebben de digitale zoekmachine van Google nog. Toen was het snel gepiept.
Ik moet zeggen: de oogst is vrij mager. Negen verwijzingen maar. De vijfde springt eruit. Het betreft een artikel over de Grootschalige Basiskaart Nederland, een landelijk samenwerkingsverband dat het oppervlak van ons land in kaart heeft gebracht. En nu blijken er geometrische liggingsverschillen… Ik lees al niet verder. Nee, dat geeft weinig herkenning.
Maar eerlijk gezegd: de rest des te meer. Alle andere verwijzingen -acht van de negen dus- brengen me in reformatorisch Nederland. Alle acht! En wel in de hoek die ons heel vertrouwd is: die van de bevindelijk gereformeerden. Ik mag dus zeggen dat de gereformeerde gezindte het monopolie mag claimen op de liggingsverschillen. In ieder geval op de term en ook wel een klein beetje op de realiteit, denk ik.
Waar gaat het op die sites over? Twee ervan zijn gewijd aan een rechtszaak die medio 2006 werd gewonnen door een van de reformatorische colleges in ons land. De school weigerde een scholier toe te laten omdat leefstijl en levensbeschouwing bij de jongen thuis niet strookten met de identiteit van de school. Het is in dat verband dat de commentator van Elsevier schrijft over het liggingsverschil, het kennelijk verschil in geloofsopvatting. Ook al zijn de ouders bij een kerk aangesloten die voorkomt in het voorkeurslijstje van de school. Overigens is het opvallend dat de schrijver van het commentaar flink wat begrip kan opbrengen voor het standpunt van school en rechter. Maar dat terzijde.
Forums
Er blijven nog zes andere sites over waarin de onderwerpelijke aanduiding voorkomt. Welke soorten berichtgeving over de liggingsverschillen vinden daarin plaats? Nou, dat is niet iets om trots op te zijn. Er wordt over gebabbeld en gediscussieerd op een aantal platforms. Elk van die zes sites is zo’n platform. Ze dragen mooie namen die verwijzen naar de gezegende Reformatie. Ik heb de indruk dat het vooral jonge mensen zijn die hier hun mening te berde brengen.
Ik zal er niet zo veel kwaads van zeggen. Maar wel is duidelijk dat we met elkaar nog al wat durven zeggen. Met elkaar over elkaar. Namen van kerkverbanden en van al dan niet inmiddels overleden dienaren van het Woord buitelen over elkaar heen. Liggingsverschillen hier en liggingsverschillen daar. Zelfs binnen een enkele wijk van één en dezelfde gemeente zouden ze voorkomen. En waar ze voorkomen, bevindt de waarheid zich meestal slechts aan één bepaalde zijde van de grens waarlangs ze gemarkeerd worden.
Ik heb begrepen dat je in een column een beetje mag generaliseren en overdrijven. Ik besef dat ik daar flink mee bezig ben. Het gaat me om de prikkel. De prikkel tot herkenning.
De vraag die ik hier wil stellen, betreft niet zozeer de onderlinge verschillen. Ze zijn er helaas. Akkoord, noem ze liggingsverschillen als dat helderheid geeft. Maar de vraag is naar de wijze hoe de gereformeerde gezindte ermee omgaat. In het kleine reformatorische clubje zijn zo heel snel meningen gevormd over dit en over dat. Aan alles bijkans wordt een oordeel verbonden. We babbelen erop los. Met een beroep op de liggingsverschillen schromen we niet om het gebod dat ik mijns naasten eer en goed gerucht naar vermogen heb voor te staan en te bevorderen, onbekommerd te overtreden. En dat te midden van een Gode vijandige wereld.
Eigene
De liggingsverschillen en het breed uitmeten daarvan zijn het eigene van reformatorisch Nederland, zo lijkt het wel. De kloof met die eerdere gemeente die eendrachtig in de tempel volhardde (Handelingen 2), is schrijnend groot. Van haar staat dat ze te samen aten met verheuging en eenvoudigheid des harten. Ze prezen God en hadden genade bij het ganse volk. Dat is iets om jaloers op te zijn.
Ik vertelde nog niet eens wat de aanleiding tot dit stukje is. Wel, die was flink ’pijnlijk’. Sinds enkele weken heeft de gemeente die ik precies een halfjaar geleden achter moest/mocht laten een nieuwe predikant. Op een tot dankbaarheid stemmende zaterdag werd de jonge kandidaat in zijn dienstwerk ingeleid. En laat nu dit prille domineesechtpaar gisteren mijn vrouw en mij laten weten dat ze een liggingsverschil met ons hebben. U begrijpt: daar raakt een mens ontdaan van. Moet dat nu zo? En dan zo snel al.
Gelukkig blijkt het mee te vallen. Ze hebben in de ruime slaapkamer die wij achterlieten hun echtelijk bed op een andere plek gezet dan waar het onze stond. Dat is het liggingsverschil tussen hen en ons…
Reageren aan scribent? welbeschouwd@refdag.nl