De Amerikanen willen dat China een einde maakt aan subsidies voor onder meer de staal– en papierindustrie. Door de steun is China in staat om producten tegen een lage prijs te exporteren. Daardoor is volgens de VS sprake van oneerlijke concurrentie. De Amerikaanse industrie zet minder af, zowel in de VS zelf als daar buiten, aldus Amerikaanse handelsfunctionarissen.China heeft een van de subsidieprogramma’s stopgezet, maar volgens de Amerikanen heeft het land tegelijk een wet aangenomen die nieuwe steun mogelijk kan maken. China beloofde de omstreden steunmaatregelen stop te zetten toen het in 2001 lid werd van de WTO. De VS krijgen in de klacht tegen China steun van Mexico. Een bemiddelingspoging van de WTO heeft volgens de VS onvoldoende opgeleverd.

Bij de handelsorganisatie ligt al een Amerikaanse klacht tegen China. Die heeft betrekking op lokale heffingen op geïmporteerde auto–onderdelen. Een geschillencommissie van de WTO buigt zich nu over de zaak, waarin de VS steun krijgen van Canada en de Europese Unie. De VS proberen ook een oplossing te vinden voor de Chinese namaakpraktijken, maar hier komt vooralsnog geen geschillencommissie aan te pas.

De VS hebben een groot handelstekort met China. Dat hangt ook samen met het Chinese valutabeleid. China houdt de koers van zijn munteenheid kunstmatig laag en ook dat werkt volgens de Amerikanen concurrentieverstorend, net als de subsidies. Vorig jaar bedroeg het handelstekort met China 232,6 miljard dollar. Dit jaar zal dat vermoedelijk nog hoger zijn.