Kerk & religie

„Ruim, maar ook scherp”

„Het is verwonderlijk dat de puritein Andrew Gray, net na de antiarminiaanse synode van Westminster, zo ruim kon preken. Zijn dringende nodiging stond echter altijd in een kenmerkend scherp en ontdekkend perspectief.” De zomerconferentie voor studerenden van de Gereformeerde Gemeenten ging over de betekenis van het puritanisme.

Kerkredactie
9 September 2002 10:08Gewijzigd op 13 November 2020 23:47

Godsdienstdocent drs. J. Pas uit Waddinxveen sprak vrijdagavond in Gouda over het ontstaan en de vorm van de stroming, en over haar actualiteit voor vandaag. Wat zijn de kenmerken van een puritein? Pas: „Hij is wars van ceremonieel en zeer gehecht aan de Bijbel. Hij bepleit het grote belang van de prediking, vooral als middel waarvan je grote dingen kunt verwachten. Puriteinse preken zijn herkenbaar: bijbels, maar tegelijk heel bevindelijk en pastoraal.”

Een puritein laat zich volgens Pas kennen als nauwgezet in leer en levenswandel. „Dat laatste was heel concreet en praktisch. Zo ontdaan van alle werkheiligheid, dat het een verlangen wekt om zo te leven.” Puriteinen hechtten niet aan een sterke kerkelijke organisatie, maar legden de nadruk op de plaatselijke gemeente. In dit „congregationalistische” kenmerk steekt volgens Pas een les voor studenten op kamers. „Blijf betrokken bij je gemeente. Raak er niet van vervreemd.”

Zaterdag refereerde ds. G. Clements uit Gouda over de Schotse predikant Andrew Gray. Gray laat zich in zijn preken kennen als warm en bewogen, aldus ds. Clements. „Scherp, maar ook ruim nodigend.” Kernpunt in Grays prediking was het geloof. Ds. Clements: „Het sola fide tekent hem. Hij noemt het geloof een „wortelgenade”, of ook een „moedergenade.” Het gehele leven van een christen komt eruit voort. Gray gebruikt pakkende geloofsbeelden: een reis, van oneindige ellende naar oneindige barmhartigheid. Het geloof als een oog, als een verspieder, als een verrekijker die het verre dichtbij haalt. Het opzien als een bedelaar op de verhoogde slang.”

Het geloof richt zich op het voorwerp: Christus, als lijdende en stervende Zaligmaker, zei ds. Clements. „Het geloof staat bij Gray altijd in een perspectief. De puriteinen, hoe evangelisch ook, zijn scherp en ontdekkend. Er was volgens Gray geen geloof dan wanneer men gebeefd had onder de veroordelende kracht van de wet. Dat was ook de achtergrond van zijn Christusprediking. Die is zwanger van het besef dat de mens moet verschijnen voor het oordeel, het forum Gods. De rechtvaardigheid van God maakt Christus immers zo begeerlijk.”

De zekerheid van het geloof bestond volgens Gray bij de gratie van het nabije leven met God, vervolgde ds. Clements. „Gray zei dat onze wereldsgezindheid ons vaak in de weg staat. Het sterven aan de wereld en de verzekering van het geloof zijn als twee zusters. Gray maande christenen om Christus’ voetstappen te drukken, de begeerten en afgoden te kruisigen. Jullie en ik kunnen ons gerust afvragen: Wat begrijpen wij, met onze luxe, daar eigenlijk nog van?”

Gray kon intens waarschuwen voor het ongeloof, „een monsterachtige zondigheid. Hij sprak daar zo scherp over, dat de mensen wel eens gingen staan”, aldus ds. Clements. De predikant zei dat de nodiging tot het geloof bij Gray indringend en ruim was. „Zo ruim als het eigenlijk altijd zou moeten. Maar daarin wordt je wel eens geremd. Niet dat dat goed is, maar als je ziet dat de diepte wegebt, heeft dat zijn weerslag. Verwonderlijk dat Gray, terwijl hij net de antiarminiaanse synode van Westminster achter de rug had, op geen enkele manier geremd was in zijn onvoorwaardelijk nodigen. Hij preekte toen: „De prijs is hoog, maar ook zo laag. Hij staat voor uw hart met de bede dat u Hem zou opendoen.””(dubbele aanhalingstekens sluiten)

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer