Irak beleeft bloedig weekeinde
BAGDAD (AP) - Een zware zelfmoordbomaanslag op het dorp Armili ten noorden van de Iraakse hoofdstad Bagdad heeft zaterdag mogelijk meer dan 150 mensen het leven gekost. Dat heeft een plaatselijke politiechef zondag gezegd. Zekerheid over het dodental is er nog niet.
In Bagdad kwamen zondag 26 mensen om het leven bij een serie bomaanslagen. Acht doden en vijftien gewonden vielen bij twee autobomaanslagen in het district Karrada. Een aanslag op een vrachtwagen met rekruten van het Iraakse leger aan de zuidwestrand van de hoofdstad kostte vijftien soldaten het leven. Voorts vielen bij deze aanslag twintig gewonden. Drie burgers kwamen om en vijf anderen raakten gewond bij een bomaanslag op een markt in het centrum van Bagdad.De aanslag in Armili, 165 kilometer ten noorden van Bagdad, werd gepleegd met een met explosieven geladen vrachtwagen. Het doelwit was een drukke markt. Politiefunctionarissen noemden dodencijfers die varieerden tussen de 100 en de 150, terwijl het aantal gewonden schommelde tussen de 200 en de 245. Slachtoffers moesten met bestelauto’s naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis worden gereden, 45 kilometer verder naar het noorden in Tuz Khormato. Inwoners en hulpverleners waren uren bezig om de doden en gewonden onder het puin van verwoeste huizen vandaan te halen.
Eerder zaterdag ontplofte een door een zelfmoordenaar ontstoken autobom in het dorp Ahmad Marif, 140 kilometer ten noorden van Bagdad, met 26 doden en 33 gewonden tot gevolg.
De getroffen dorpen liggen in een uithoek van de provincie Diyala, waar Amerikaanse troepen enkele weken geleden een offensief begonnen om de stad Baqouba en omgeving te pacificeren. Amerikaanse bevelhebbers vermoeden dat leiders van de opstand zich vlak voor het offensief hebben teruggetrokken, maar nu toeslaan in een gebied waar minder Iraakse en Amerikaanse troepen zijn.
De vroegere plaatsvervanger van de Iraakse oud-dictator Saddam Hussein heeft gezegd dat de opstand zal voortduren totdat de laatste buitenlandse soldaat zich uit Irak heeft teruggetrokken. In een audioboodschap die zondag in handen kwam van persbureau AP zegt een man die zich Izzat Ibrahim al-Douri noemt dat de Amerikanen bijna verslagen zijn. Al-Douri is de hoogste nog voortvluchtige vertegenwoordiger van het regime van Saddam.
De authenticiteit van de tape kon niet worden bevestigd, maar enkele Irakezen die weten hoe Al-Douri klinkt, zeiden zijn stem te herkennen. Al-Douri zegt dat Saddams Ba’athpartij de soldaten met een heilige oorlog uit het land zal verdrijven. „Mijn geliefde kameraden, jullie vijand staat op instorten en wordt verslagen, evenals hun aanhangers, agenten en spionnen”, zegt de stem op de tape. Ook zegt hij dat er pas een einde komt aan het verzet als alle buitenlandse troepen zich hebben teruggetrokken en als de bezetters de verantwoordelijkheid op zich nemen voor alle misdaden die ze het Iraakse volk hebben aangedaan. Bovendien moeten ze compensatie betalen voor alle schade die uit de bezetting is voortgevloeid.
De spreker trok fel van leer tegen Mohammed Younis al-Ahmad, die volgens de Iraakse regering de opstand leidt. Aangenomen wordt dat Al-Ahmad, eveneens een voormalig medewerker van de Baath-partij, in Syrië woont. Al-Douri noemt hem op de tape een verrader die zich in Syrië door de Syrische, Amerikaanse en Iraakse geheime diensten laat verzorgen.
De Amerikaanse minister van Defensie Robert Gates heeft een reis naar Latijns Amerika afgezegd om deze week aanwezig te kunnen zijn bij overleg over Irak, zo maakte het Pentagon zondag bekend. Het overleg hangt samen met de presentatie van een voorlopig rapport over de voortgang in Irak, dat in opdracht van het Congres werd opgesteld. Het rapport, het eerste van twee, wordt op 15 juli aan het Congres voorgelegd. In september volgt het tweede. De bevindingen zullen mogelijk de druk op de regering doen toenemen om de troepen terug te trekken of de strategie in Irak aan te passen.