Belgisch arts ziet af van illegale euthanasie
BRUSSEL - De Gentse arts Marc Cosyns heeft afgezien van zijn voornemen een zogenaamd „onwettelijke” euthanasie uit te voeren op een van zijn patiënten. Cosyns had dit aangekondigd om het debat over stervensbegeleiding een nieuwe impuls te geven.
Wanneer een arts door sedatie of versterven een patiënt laat overlijden, hoeft hij niet aan dezelfde voorwaarden en procedures te voldoen als voor het toedienen van dodelijke middelen. Om dat verschil aan de kaak te stellen, wilde Cosyns euthanasie uitvoeren zonder aan alle verplichtingen te voldoen. In een opinieartikel schreef hij dat hij geen advies van een tweede arts zou vragen, noch de bevoegde commissie zou inlichten.De arts pleit ervoor om de wetten rond euthanasie, palliatieve zorg en patiëntenzorg samen te voegen en de discriminatie tussen de verschillende vormen van stervensbegeleiding weg te werken.
Cosyns vindt het onzin dat euthanasie anders wordt behandeld dan andere vormen van stervensbegeleiding, zoals palliatieve sedatie (het kunstmatig in slaap brengen van de terminale patiënt) of het stopzetten van de toediening van voedsel of vocht.
Cosyns wilde de verschillen tussen euthanasie en palliatieve zorg opheffen en beide onderbrengen in de Wet op de rechten van de patiënt.
De Belgische huisarts paste zaterdag euthanasie toe op een patiënte met uitgezaaide lymfekanker. Zondag wilde Cosyns alleen kwijt dat de vrouw „volgens alle wettelijke regels” is ingeslapen.
Volgens Cosyns kreeg hij door zijn actie heel wat e-mails en telefoontjes van mensen uit de praktijk -artsen en patiënten- die positief reageerden. „Het theoretische ideologische onderscheid tussen palliatieve zorg en euthanasie leeft alleen in de hoofden van sommige politici en theoretici. In de praktijk bestaat dat nog nauwelijks. Artsen doen aan stervensbegeleiding, multidisciplinair en in samenspraak met het verplegend personeel. Ik dacht dat een doorbraak mogelijk was. Blijkbaar ben ik naïef geweest.”
Cosyns zorgde eerder al voor een debat, toen hij bekendmaakte dat hij euthanasie uitvoerde bij een dementerende vrouw, terwijl dat voor dementerenden verboden is. Hij liet haar het dodelijke middel zelf innemen. Zo was het hulp bij zelfdoding en geen euthanasie. Het gerecht besliste hem niet te vervolgen. Ook maakte hij bekend euthanasie uitgevoerd te hebben op een 10-jarige, terwijl dat voor minderjarigen verboden is.
Ook in Nederland is er voor de wet een duidelijk verschil tussen euthanasie en palliatieve sedatie. Bij dat laatste is geen controle op de uitvoering, terwijl dat bij euthanasie wel het geval is.