Binnenland

Samenbindend aan de slag in Dirksland

Al bij de eerste kennismaking met Dirksland werd hij getroffen door de gemeenschapszin onder de ruim 8000 inwoners. „De sfeer in de drie dorpen spreekt mij bijzonder aan”, aldus de 40-jarige SGP’er S. Stoop uit Hendrik-Ido-Ambacht. Per 1 oktober mag hij de ambtsketen van Dirksland dragen.

Ben Tramper
6 September 2002 10:01Gewijzigd op 13 November 2020 23:47
STOOP: …bruggen bouwen…
STOOP: …bruggen bouwen…

De benoeming van Stoop als burgemeester van de Goereese gemeente hing al enige tijd in de lucht. De vertrouwenscommissie had zijn naam in juli op de eerste plaats gezet in de voordracht aan minister Donner van Binnenlandse Zaken. Stoop kreeg unaniem steun van de gemeenteraad.

In Dirksland wordt met tevredenheid gereageerd op de komst van Stoop. „Wij zijn uiteraard blij”, zegt raadslid P. J. Koningswoud. „Ik ken Stoop als medewerker van de Tweede-Kamerfractie van de SGP. Hij heeft grote kwaliteiten. Dat blijkt ook wel uit het feit dat alle fracties in de gemeenteraad voor hem hebben gekozen.”

Stoop -getrouwd, vader van vier kinderen en werkzaam als directeur van Stichting Schuilplaats- volgt CDA’er D. Boonstra op. Die neemt in verband met zijn pensionering op 25 september afscheid van de gemeente. Stoop heeft politieke ervaring als lid van Provinciale Staten van Zuid-Holland. Ooit was hij ook actief voor de SGP-fractie in de gemeenteraad van Hendrik-Ido-Ambacht.

De aspiraties van Stoop om burgemeester te worden, kwamen vorig jaar voor het eerst naar buiten in Nieuw-Lekkerland. Toen daar een vacature ontstond, deed hij zijn eerste sollicitatiebrief naar het ambt op de bus. Hij werd tweede op de voordracht van de vertrouwenscommissie. „Ik vond dat aan de ene kant een teleurstelling: je gaat tenslotte voor de eerste plaats. Maar aan de andere kant vond ik het ook bemoedigend.”

Dat zijn naam in de openbaarheid kwam, is het gevolg van de invoering van het duale stelsel. Sindsdien mogen de namen van de nummers één en twee publiek worden gemaakt. Op die regel is nogal veel kritiek. Stoop kan dat begrijpen. Hij steunt dan ook het plan van het nieuwe kabinet om de wetgeving op dit punt te corrigeren. „Er wordt al gauw de indruk gewekt dat je onvoldoende kwaliteiten hebt voor het burgemeesterschap”, zegt hij. „Zelf heb ik dat niet zo ervaren. Ik heb me niet als een verliezer beschouwd. Maar ik heb me bij het schrijven naar Dirksland wel gerealiseerd dat het riskant is om twee keer in korte tijd te solliciteren. Als je enkele keren als nummer twee eindigt, is de kans aanwezig dat er een vlekje aan je komt te zitten. In zekere zin dreig je te worden beschadigd.”

Stoop kiest met overtuiging voor Dirksland. Het sociale en politieke klimaat in de gemeente spreekt hem aan, zegt hij. „Ik heb me de vraag gesteld of ik er in bestuurlijk opzicht zou passen. Ook als gezin hebben we ons afgevraagd of we ons in Dirksland thuis kunnen voelen. Al bij de eerste kennismaking trok de gemeente ons aan. De identiteit past bij ons, net als de mentaliteit van de bevolking. De mensen houden van hard werken. Er is duidelijk gemeenschapszin.”

Stoop erkent dat Dirksland een kleine gemeente is. „Drie dorpen, samen 8200 inwoners - dat is mooi overzichtelijk”, zegt hij. „Ik hoop op een goede manier invulling te geven aan de bestuurlijke verantwoordelijkheid die ik te dragen krijg. Ik wil graag samenbindend werken. Dat betekent dat ik tussen groepen en instellingen in wil staan. Bij het zoeken naar oplossingen voor allerlei vraagstukken ben ik altijd gericht op wat bindt. Als burgemeester moet je bruggen bouwen.”

Als directeur van Stichting Schuilplaats heeft Stoop ervaring opgedaan in de zorgsector. Dat sluit goed aan bij zijn nieuwe functie: het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis is in Dirksland prominent aanwezig. „Ik prijs me gelukkig met zulke goede instellingen in de gemeente als het ziekenhuis en hospice Calando. Het deed mij goed om onlangs te lezen dat zowel het ziekenhuis als het hospice landelijk erkend is om zijn grote kwaliteiten.”

Van een herindeling van Dirksland met de drie andere gemeenten op Goeree-Overflakkee (Oostflakkee, Middelharnis en Goedereede) is Stoop geen voorstander. „Ik zie de noodzaak van fusie niet in. Het ligt ook niet voor de hand. Wat ik op Goeree-Overflakkee proef, is dat er veel waarde wordt gehecht aan een goede samenwerking.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer