Doopsgezinde gemeente in conflict met familie
De doopsgezinde gemeente van Leeuwarden heeft een conflict met een familie over de verkoop van een leegstaand herenhuis. Het pand is vrijwel onverkoopbaar omdat de kerk, die de grond bezit, allerlei voorwaarden stelt.
Een van de voorwaarden is dat een potentiële bewoner niet rooms-katholiek mag zijn. Bovendien is het niet mogelijk een hypotheek op het huis af te sluiten. De erfgenamen van de laatste bewoner eisten vrijdag in een kort geding dat bepalingen die de verkoop belemmeren, worden opgeheven.
Een eerdere bewoonster had in de jaren veertig in een akte laten opnemen dat het huis niet verkocht zou mogen worden aan een rooms-katholiek. Later werd zelfs opgesteld dat de doopsgezinden zichzelf verplichtten in de verkoop toe te stemmen, mits de nieuwe eigenaar niet het rooms-katholieke geloof aanhing. Hoewel de potentiële nieuwe bewoner niet rooms-katholiek is, wil de kerk toch niet meewerken.
Eerder had de doopsgezinde gemeente de familie laten weten mee te willen werken als zij 10 procent van de winst uit de verkoop van de woning zou krijgen. De kerk probeert er gewoonweg geld uit te slaan, stelt de advocaat van de eisers.
Tijdens het kort geding liet de advocaat van de doopsgezinden weten dat zij nu wel toestaan dat het huis verkocht wordt, maar dat zij het recht van hypotheek niet overgeven. Daardoor daalt de waarde van de riante woning aanzienlijk. De koper zou dan het bedrag contant moeten betalen. Daarmee is het huis vrijwel onverkoopbaar, aldus de advocaat.