„Belasting op verkoop huis geeft toename werkloosheid”
DEN HAAG - De overdrachtsbelasting die bij de koop van een woning moet worden betaald, beperkt de arbeidsmarktmobiliteit van werknemers met een eigen huis. Dit vergroot de werkloosheid.
Dat concludeert het Centraal Planbureau (CPB) in een woensdag verschenen studie.Transactiekosten vormen een belemmering om te verhuizen en hebben daardoor een negatieve invloed op de bereidheid van werknemers van baan te veranderen, constateren de CPB-onderzoekers.
Hoge transactiekosten leiden ertoe dat eigenwoningbezitters minder snel een baan zullen accepteren als zij hiervoor moeten verhuizen. Het aantal baanwisselingen neemt daardoor af, wat het voor werklozen moeilijker maakt een passende baan te vinden. Zo wordt de werkloosheid vergroot.
Volgens de onderzoekers leidt een afname van de overdrachtsbelasting met 1 procentpunt tot een verhoging van het aantal baanwisselingen met circa 1,5 procent. Bij het huidige aantal jaarlijkse baanwisselingen (circa 800.000) betekent dit ongeveer 12.000 extra baanwisselingen.
Met de aankoop van een woning zijn hoge transactiekosten gemoeid. Gemiddeld bedragen deze kosten ongeveer 9 procent van de waarde van de woning. De overdrachtsbelasting van 6 procent vormt hiervan het grootste gedeelte.
Onder transactiekosten vallen verder notariskosten en makelaarskosten die worden gemaakt bij aan- en verkoop van de woning. Daarnaast komen bij het kopen van een nieuwe woning vaak nog meer kosten kijken, zoals die voor inrichting en verhuizing.
Uit een vergelijking tussen Europese landen blijkt volgens de onderzoekers dat eigenwoningbezit op zichzelf al leidt tot meer werkloosheid. Het zouden namelijk vooral huurders zijn die zorgen voor arbeidsmobiliteit. Zij kunnen namelijk gemakkelijk verhuizen en dus ook snel van baan veranderen. Landen met meer eigenwoningbezit kampen hierdoor gemiddeld met een hogere werkloosheid.
Binnen een land bezien heeft een eigenwoningbezitter echter een geringere kans om werkloos te worden dan een huurder. Eigenwoningbezitters hebben meer te verliezen als ze werkloos worden, stellen de CPB-onderzoekers. „Namelijk ook hun huis, als ze hun financiële verplichtingen niet meer zouden kunnen nakomen. Daardoor zijn zij bereid meer te investeren in de relatie met hun werkgever.”