„De kou is nog niet helemaal uit de lucht”
DEN HAAG - De commissie-Van den Berg, die onderzoek deed naar de verhoren van Iraakse gevangenen door Nederlandse militairen, heeft geen martelingen vastgesteld. Commissievoorzitter mr. dr. J. T. van den Berg vindt het echter nog te vroeg om te juichen. „De kou is nog niet helemaal uit de lucht.”
„Nederlanders martelden Irakezen”, kopte de Volkskrant op 17 november vorig jaar. Niet waar, concludeert de commissie onder leiding van oud-SGP-Tweede Kamerlid Van den Berg in haar maandag verschenen rapport over de verhoren in het najaar van 2003.Van den Berg heeft vastgesteld dat er geen gedetineerden zijn gemarteld. De Nederlandse militairen hebben bij hen niet opzettelijk ernstige pijn of ernstig lijden veroorzaakt.
De commissievoorzitter nuanceert het beeld dat er helemaal niets fout is gegaan. „De verhoren zijn niet helemaal correct verlopen. De Nederlandse militairen mochten op grond van hun mandaat alleen een gesprek voeren met de gevangenen, zonder enige vorm van dwang. Door het gebruik van geblindeerde skibrillen, hard geluid en water kun je niet meer spreken van gewone gesprekken. Bovendien is de behandeling van een van de gevangenen, een Saudiër, aan te merken als vernederend.”
De inmiddels overleden man klaagde destijds ook dat er bij zijn verhoor elektrodestokken zijn gebruikt. Klopt zijn verhaal?
„Als commissie zijn we geconfronteerd met tegengestelde verklaringen over het gebruik van een elektrodestok. De meeste ondervraagden ontkenden het, maar het gebruik van de stok is door één persoon bevestigd. Wij kunnen daar het laatste woord niet over zeggen en hebben de kwestie daarom gemeld aan de hoofdofficier van justitie.
Globaal gesproken kan ik zeggen dat de fouten die zijn gemaakt incidenten waren. Er was zeker geen sprake van structureel onrechtmatig gedrag. Mijn vreugde over die conclusie zou echter nog groter zijn als het bericht over de elektrodestok ook loos blijkt te zijn.”
De Commissie van Toezicht betreffende de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD) heeft ook onderzoek gedaan naar de verhoren, maar concludeert dat ze geen aanwijzing heeft voor het gebruik van de stroomstok. Hoe verklaart u dat?
„De CTIVD heeft alleen onderzocht wat leden van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten hebben gedaan. Onze taak was breder; wij hebben daarom meer mensen gehoord. De CTIVD en mijn commissie hebben onafhankelijk van elkaar geopereerd. Samenwerken was niet mogelijk, omdat de CTIVD een eigen, wettelijk afgebakende taak heeft. Anderzijds, zegt de Spreukendichter, in de veelheid der raadgevers is de overwinning.”
Wat is uw belangrijkste aanbeveling aan de minister van Defensie?
„Kijk buitengewoon zorgvuldig naar het mandaat dat de militairen meekrijgen. Is dat werkbaar in het uitzendgebied? De militairen in Irak mochten geen gevangenen verhoren, maar moesten wel inlichtingen kunnen inwinnen over dreigend gevaar. Dat leidde tot spanningen tussen de praktijk ter plaatse en de formele bevoegdheden.”
Wat vindt u van de berichtgeving in de media over de verhorenkwestie?
„De Volkskrant kwam als eerste met nieuws over mogelijke misstanden. Het is goed als een krant zoiets aan de orde stelt. Anderzijds, en dat hebben ze zelf ook toegegeven, moet je dan wel voorzichtig zijn met je bewoordingen. Van martelingen is immers geen sprake geweest.
Dat RTL Nieuws afgelopen vrijdag zou beschikken over ons rapport, klopt absoluut niet. Het enige dat ze helemaal juist hadden, was dat er geen sprake is geweest van marteling.
Ik ben het met voormalig minister Kamp eens dat de berichtgeving de reputatie van de krijgsmacht heeft beschadigd. Dat doe je niet zomaar teniet, maar ons rapport kan daarbij wel helpen.”
Heeft u de indruk dat u de waarheid helemaal boven tafel heeft gekregen?
„We hebben een getrouw beeld van de situatie kunnen geven. Dat laat onverlet dat de zaak nog niet is afgedaan. Het OM heeft de kwestie nog niet formeel afgedaan en kan dus nog terugkomen op onder meer de vernederende verhoren van de Saudiër en het gebruik van de elektrodestok. De kou is nog niet helemaal uit de lucht.”