„Charlois is brij van woningen zonder identiteit”
ROTTERDAM - Met het aanpakken van onwillige verenigingen van eigenaren probeert Rotterdam de oude wijken te verfraaien. Een wandeling door de probleembuurt Oud Charlois laat zien dat het opknappen van achterstandsgebieden veel voeten in de aarde heeft.
Tijdens een wandeling door Oud Charlois kan projectleider Nico Ros van Woningcorporatie De Nieuwe Unie de hotspots zo aanwijzen. Eén: de Maximiliaanstraat en twee: de Schilperoortstraat en dan met name het deel waar deze straat de Oostvoornsestraat kruist.Hotspots zijn -vrij gezegd- de locaties in de oude stadswijken die niet deugen. De huizen zijn bouwvallig, de straat verloedert en doordat ook de criminaliteit er hoog is trekken de betere bewoners massaal weg.
Rotterdam-Zuid telt in totaal negen hotspots. „Oud Charlois is er met twee prima bedeeld”, zegt Ros. Hotspots zijn er in Rotterdam nog steeds, ondanks dat de gemeente al jaren probeert het aanzien van de oude wijken te verfraaien. Tijd voor een harde aanpak, meent verantwoordelijk PvdA-wethouder H. Karakus.
Hij richt zijn pijlen vooral op de verenigingen van eigenaren (VvE’s), de collectieve bezitters van particuliere panden die bestaan uit meerdere wooneenheden. Desnoods met harde hand wil hij ze dwingen te investeren in hun eigendom en daarmee in hun wijk. Volgens Ros zijn de VvE’s met name in Oud Charlois een cruciale schakel. „Ruim 60 procent van de 6500 woningen in deze wijk is particulier bezit.”
Een brij van woningen zonder eigen identiteit, zegt Ros over Oud Charlois. „Het is zaak dat die identiteit opnieuw vorm krijgt. Dit is een heel bijzonder gebied.” Niet alleen de hotspots moeten worden aangepakt, ook het gebied rond de Oude Kerk, zeg de Wolphaertsbocht, de Gouwstraat en de Charloisse Kerksingel, meent Ros. „Dit gebied kan een gouden driehoek worden als het nog aantrekkelijker wordt voor kunstenaars en winkeliers.”
„Alleen al in dit kleine stukje zitten zes zorginstellingen”, zegt Gerard Spierings, stadsmarinier van Oud Charlois en de aangrenzende wijk Pendrecht. „Een open gekkenhuis, super aantrekkelijk voor dealers. Laat de gemeente daar eerst iets aan doen.” Maatregelen wil Spierings ook tegen de particuliere vastgoedsector. „Ze verwaarlozen hun huizen. Het is kopen, strippen, verkopen, als het moet aan criminelen. In de Frans Bekkerstraat staat 20 procent van de huizen te koop.”
Voor de verloederde portiekwoningen in de Schilperoortstraat -een van de twee hotspots- staat Ros even stil. Het gebouwencomplex is eigendom van in totaal veertien VvE’s, die als het aan Karakus ligt straks verplicht fuseren om daarna het pand gezamenlijk aan te pakken. Een goede zet, meent Ros, „maar eigenlijk zouden we die bewoners eens moeten spreken. Om te horen wat hun problemen zijn en wat wij daaraan kunnen doen.” Een nieuwe pr-campagne voor de oude wijk is volgens Ros broodnodig. „Heel Rotterdam vist in de vijver van de jonge gezinnen. Zo langzamerhand raakt die leeg.”