PVV-fractieleider Wilders had staatssecretaris Heemskerk (Buitenlandse Handel) en Verhagen (Buitenlandse Zaken) naar de Kamer geroepen om tekst en uitleg te geven over de handelsmissie. Wilders betoogde dat Nederland helemaal geen handel moet drijven met „het boevenland” Iran. De SGP stelde dat het Iraanse regime moet ervaren dat „haar onverantwoorde optreden een prijs kent. Economische sancties en het afzien van de handelsmissie zijn dan logische eerste stappen.” De ChristenUnie noemde de geplande handelsmissie „moreel niet te verantwoorden.”Vrijwel alle andere politieke partijen sloten zich aan bij het pleidooi om de handelsmissie af te blazen. Een volledig verbod op handel met Iran gaat minister Verhagen en een deel van de Kamer echter te ver. De bewindslieden maakten de Kamer duidelijk dat ze de handelsmissie niet kunnen verbieden omdat de deelnemende bedrijven geen verdragen of regels overtreden.

De Kamer, zo bleek donderdag tijdens het debat, wil voortaan vooraf ingelicht worden over handelsmissies naar landen met twijfelachtige regimes. SGP’er Van der Staaij vroeg het kabinet per motie om voortaan geen subsidie meer te verlenen aan handelsmissies die het buitenlands beleid doorkruisen.

Verhagen stelde dat hij de handelsmissie naar Iran eerst toejuichte omdat Nederland zo buiten de gewone diplomatieke kanalen om contacten kan opbouwen in het land. Later kwamen toch aarzelingen, die hij besprak met staatssecretaris Heemskerk. Die besloot daarop de missie niet langer te subsidiëren. Heemskerk betoogde dat de organisator van de handelsmissie, het Nederlands Centrum voor Handelsbevordering (NCH), wist dat hij op het laatste moment de subsidie kon stopzetten.

De NCH zet de handelsmissie toch door vanwege vergaande voorbereidingen en gewekte verwachtingen bij de deelnemers.