Strijd Rutte-Verdonk gaat door
DEN HAAG - De VVD-top probeert met alle macht de eenheid binnen de partij te herstellen. Het rapport van de commissie-Dekker zal daar niet aan bijdragen.
De VVD verkeert in een leiderschapscrisis. Dat heeft twee oorzaken. De eerste is dat de leden en de kiezers tot op het bot verdeeld zijn over de vraag wie de partijleider moet zijn. Een nipte meerderheid van de leden koos vorig jaar voor Rutte, maar tijdens de Kamerverkiezingen van november vorig jaar bleek dat Verdonk bij de kiezers populairder is. Ze behaalde 620.000 voorkeurstemmen, 60.000 meer dan de lijsttrekker.De tweede oorzaak is dat Verdonk zich niet bij het verlies van de lijsttrekkersverkiezing neerlegde. Ze voerde vorig najaar met een eigen team in een eigen bus een eigen campagne. Een week na de verkiezingen eiste ze in een eet- en drinkgelegenheid aan het Haagse Plein een onafhankelijk partijonderzoek naar de vraag waarom zij zo veel meer voorkeurstemmen had gekregen dan Rutte. Ze stak daar haar ambities om alsnog de partij te gaan leiden niet onder stoelen of banken. Algemeen wordt deze actie betiteld als „de cafécoup.” Twee weken geleden betitelde Verdonk Rutte in een interview met HP/De Tijd als „niet echt rechts.”
Rutte en Verdonk zeggen dat ze inhoudelijk niet veel verschillen, maar voor de beleving van de kiezers zit er wel een groot verschil tussen de twee. Verdonk kiest voor een populistische benadering en spreekt door haar taal en stijl ook rechtse kiezers aan. Rutte is meer de man van het midden. Stevige teksten over het asielbeleid en over integratie komen niet over zijn lippen.
Het lukt Rutte niet om Verdonk tot zwijgen te brengen. Begin deze week eiste de fractievoorzitter dat alle Kamerleden alleen over hun eigen onderwerpen in de media mogen praten. Wie zich daar niet aan houdt, moet „ophoepelen.” Al snel bleek dat Rutte onder druk van de fractie zijn mening moest bijstellen. Alle VVD-Kamerleden mogen wel over alle onderwerpen praten, maar ze moeten alleen de kritiek op de koers en de partijleiding niet uitventen via de media. Het gezag van Rutte is nog maar matig ontwikkeld.
Het rapport van de commissie-Dekker, dat woensdag werd gepresenteerd, biedt ook geen oplossing voor de controverse. Dekker geeft beide hoofdrolspelers een gevoelige tik op de vingers. Het partijleiderschap van Rutte is niet goed uit de verf gekomen en hij deed er niet verstandig aan om Verdonk na afloop van de lijsttrekkersverkiezing op nummer twee van de kandidatenlijst te plaatsen. Verdonk op haar beurt deed en doet er niet goed aan haar ambities voor het partijleiderschap steeds te ventileren.
Opvallend is dat Dekker Verdonk niet afvalt. Toch is dat ook logisch. De nummer twee behaalde immers in haar eentje de helft van de VVD-zetels binnen.
Verdonk laat zich ook door het rapport niet tot zwijgen brengen. Woensdag ging ze gewoon door haar visie op de werkelijkheid te geven. Met droge ogen beweerde ze dat er in de VVD van een tweespalt „geen sprake” is. Verder ontkende ze dat ze een „cafécoup” heeft gepleegd.
Leiders moeten de tijd krijgen zich te ontwikkelen, zo stelt Dekker in haar rapport. Dat heeft het verleden inderdaad laten zien. Toen Lubbers in 1981 fractievoorzitter van het CDA werd, schreef iedereen hem af, onder meer vanwege zijn wollige taalgebruik. Toch leidde hij vervolgens drie kabinetten. De huidige premier, Balkenende, kreeg eerst ook bakken kritiek over zich uitgestort, maar hij won wel de laatste drie verkiezingen.
Zo moet Rutte ook de kans krijgen zich te ontwikkelen als leider. Maar met iemand als Verdonk naast zich, is dat lastig. De volgende affaire zal niet lang op zich laten wachten.