Paling internationaal beschermd
DEN HAAG - Om de palingstand de kans te geven zich te herstellen, wordt de handel vanaf 2009 aan een strikt vergunningenstelsel gebonden. Ruim 90 procent van de deelnemende landen aan de internationale Cites-conferentie in Den Haag steunde maandag het voorstel van de Europese Unie hiervoor.
Voor de paling was het een goede dag, althans op papier. De Europese visserijministers zetten in Luxemburg hun handtekening onder een herstelplan. Zo mogen Spanje en Frankrijk minder glasaal opvissen voor export naar China. In 2013 moet 60 procent van deze jonge visjes weer overboord om de kans te krijgen tot volwassen paling uit te groeien. Om de aaltjes te helpen, besloten de bewindslieden tevens meer vistrappen te realiseren in Europese rivieren, waardoor palingen de stuwdammen kunnen ontwijken.Door deze maatregelen hoopt de EU dat de palingpopulatie zich herstelt. „Het was een zaak van urgentie, gezien de schattingen van biologen”, zei de Duitse minister Seehofer, die de vergadering voorzat. „De overeenstemming vandaag is dus een groot succes voor het Europese palingbestand.”
Europarlementariër Corbey (PvdA) reageerde in principe tevreden. Wel vindt ze dat het palingakkoord eerder moet ingaan, want volgens haar is 2013 te ver weg. Corbey noemt verder de afspraak om vanaf 2013 60 procent van de glasaal in Europa af te zetten nog wat aan de lage kant.
De paling kreeg maandag nog een steuntje in de rug, want ’s middags stemde een overweldigende meerderheid van de landen op de Cites-conferentie in met het voorstel van de EU om hem in de zogeheten Appendix 2 op te nemen, zodat de internationale handel gereguleerd kan worden. Duitsland en Zweden, de landen die het palingplan voorbereidden, spraken na afloop van een succes. „Deze beslissing maakt het mogelijk de export te beperken en de jonge glasalen opnieuw uit te zetten op locaties waar ze niet meer zijn”, stelden vertegenwoordigers van beide landen in een toelichting. Minister Verburg liet weten „verheugd” te zijn dat zowel op internationaal als op Europees niveau „forse stappen” gezet zijn om de Europese paling te beschermen.
De populaire glasaal, die in gevangenschap niet kan worden gekweekt, legt door overbevissing en stroperij nagenoeg het loodje. „Handelaren zijn volledig afhankelijk van wildvangst”, zegt Elies Arps van het Wereld Natuur Fonds (WNF). „Vooral Azië importeert grote hoeveelheden glasaal, om ze vervolgens in kwekerijen vet te mesten. Tussen 1995 en 2005 ieder jaar naar schatting een half miljard dieren.” Volgens haar zijn bovendien goed georganiseerde stroperijgroepen, met name in Zuid-Europa, bij de handel van het visbroed betrokken.
Door de buitensporige glasaalvisserij verdween 95 tot 99 procent van de palingen in het wild en komt de soort amper aan voortplanting toe. Bijkomend probleem is dat het dier laat geslachtsrijp is en in zijn leven maar één keer paait, vermoedelijk in de Sargassozee bij de Bermudaeilanden. De vertegenwoordiger van Japan sprak zich dan ook met pijn in het hart uit voor beschermende maatregelen. „Dit is slecht nieuws voor de Japanners die van deze delicatesse houden, maar we moeten toegeven dat de problemen groot zijn.”
Om de palingstand gelegenheid te geven zich te herstellen, wordt met name aan de grootscheepse uitvoer naar het Verre Oosten paal en perk gesteld. „Europese palingvissers zullen dat in hun portemonnee voelen”, zegt Arps. „De jaarlijkse vangst, zo’n 30.000 ton, brengt naar schatting 180 miljoen euro in het laatje, terwijl de toegevoegde waarde het dubbele daarvan is. De prijs van glasaal is sterk gestegen, van 10 euro per kilo in 1980 naar 250 euro per kilo in de afgelopen jaren. Chinese aalkwekerijen bieden wel 1300 euro per kilo.”
De grote winst is dat ieder land nu aan het werk moet, vindt dr. Willem Dekker van het Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) in IJmuiden. „De bescherming van de paling zal een race tegen de klok worden. Het is al veel later dan vijf voor twaalf. De aalstand is zo laag, dat de dieren elkaar in de oceaan waarschijnlijk al bijna niet meer kunnen vinden om te paaien.”
Vanwege de lange levenscyclus kost een volledig herstel van de palingstand -zelfs na een totale vangststop- zeker 200 jaar, aldus de palingkenner. „Een daadkrachtig herstelplan is nodig. Dat gaat veel verder dan alleen vangstbeperkingen. Zo moeten waterkrachtcentrales en sluizen op cruciale momenten tijdens de trek passeerbaar worden voor palingen. Als je in de herfstmaanden die steeds een week stillegt tussen acht en twaalf uur ’s avonds, is er al veel gewonnen.”