Bij gevechten op Sri Lanka tussen regeringstroepen en opstandige Tamils vielen gisteren zeker 82 doden. Zeker 30 militairen en 52 leden van de Tamil Tijgers (LTTE) sneuvelden tijdens de vijf uur durende veldslag in het noorden van het eiland. Volgens een spreekbuis van de LTTE op het internet hebben de rebellen veel wapens en munitie buitgemaakt op het regeringsleger. Het gaat onder meer om mortiergranaten en raketwerpers.In het district Ratnapura, ongeveer 100 kilometer ten zuidoosten van Colombo, werden zaterdag de lichamen gevonden van twee Tamilmannen die vrijdag in Colombo waren ontvoerd. Ze waren door het hoofd geschoten. Volgens andere Rode Kruismedewerkers waren ze meegenomen door mannen die beweerden van de politie te zijn. De twee slachtoffers waren betrokken bij wederopbouwwerkzaamheden in verband met de tsunami van december 2004 en hadden Colombo bezocht in het kader van een tweedaagse cursus.

Hulpmedewerkers zijn in toenemende mate het slachtoffer van het conflict tussen de regering en de Tamils. Zo werden vorig jaar augustus zeventien lokale medewerkers van Action Against Hunger in de oostelijke stad Muttur geëxecuteerd.

De moorden vinden plaats terwijl de strijd steeds grimmiger lijkt te worden. In Colombo, het noorden en het oosten zijn de afgelopen maanden honderden mensen ontvoerd.

Zaterdag braken zware gevechten uit in het noordelijke grensgebied Vavuniya tussen het regeringsleger en de Tamil Tijgers en vonden ten minste 10 militairen de dood en raakten 20 gewond. Volgens een legerwoordvoerder waren 52 rebellen gesneuveld, maar de rebellen spraken uitsluitend van 15 doden aan regeringszijde, die zouden worden overgedragen aan het Rode Kruis.