Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Het sterkst was de groei bij de hogescholen, die hun vermogen zagen stijgen van 458 naar 925 miljoen euro. In het voortgezet onderwijs steeg het vermogen van 991 naar 1542 miljoen euro en bij de roc’s van 1400 naar 1879 miljoen.Voorzitter W. Dresscher van de Algemene Onderwijsbond (AOb) noemt de vermogensstijging een „uitwas van de grotere vrijheid die onderwijsbestuurders hebben gekregen.” Volgens Dresscher gaat steeds meer geld zitten in de algemene reserve, die hij een onbestemde spaarpot noemt.

De AOb-voorzitter vindt dat de bestuurders in het onderwijs minder te zeggen moeten krijgen. „Onderwijs kent geen aandeelhouders, maar wel professionals”, zegt hij in Het Onderwijsblad. „Meer dan nu zal daarom het personeel in de vorm van een professioneel statuut greep moeten krijgen op de inrichting van het onderwijs en de financiële gang van zaken op scholen.”