Universiteiten gispen nieuwe bezuiniging
De universiteiten hebben de opening van het academisch jaar maandag benut om zich uitgebreid te beklagen over de bezuinigingen op hun budgetten. Zij voorspellen dat de mogelijkheden om fundamenteel wetenschappelijk onderzoek te doen steeds kleiner worden.
Minister Van der Hoeven kon de universiteiten niet geruststellen. Bezuinigingen zijn onvermijdelijk en de universiteiten zullen door de zure appel heen moeten bijten, zei zij bij de jaaropening van de Universiteit Twente. „We zullen meer moeten doen met minder geld.”
De vorige minister van Onderwijs, Hermans, had de universiteiten hoop geboden op investeringen in het vrije onderzoek, dat zich niet laat leiden door de waan van de dag en niet is gericht op direct toepasbare resultaten. „Maar met het aantreden van het kabinet-Balkenende dreigt die stap voorwaarts omgezet te worden in twee stappen achterwaarts”, aldus de voorzitter van het college van bestuur van de Universiteit Leiden, L. Vredevoogd.
Het nieuwe kabinet wil in de komende vier jaar jaarlijks 143 miljoen euro op het hoger onderwijs bezuinigen. De universiteiten moeten daarvan 100 miljoen opbrengen, het hoger beroepsonderwijs de rest.
Leiden moet zo’n 10 miljoen euro bezuinigen. Dat staat gelijk met het ontslaan van 200 à 300 man personeel. Onmogelijk, volgens Vredevoogd. De Leidse universiteit is er sinds 1980 al 40 procent op achteruitgeboerd. Vredevoogd dreigt met de verkoop van een deel van de wetenschappelijke collecties van de onderwijsinstelling. ’Leiden’ bezit schilderstukken van Rembrandt, een collectie boeken vanaf het begin van de boekdrukkunst in Azië en Europa en unieke kaarten en atlassen.
De Leidse universiteit maakte al eerder dreigementen waar. Vier jaar geleden schrapte zij het voorvoegsel ”rijks” uit haar naam Rijksuniversiteit Leiden uit protest tegen de toename aan regels bij een afnemende geldstroom.
De collegevoorzitter acht de bezuinigingen in strijd met het regeringsvoornemen te behoren tot de top van de kenniseconomieën. „Het is van tweeën een: of die ambitie waarmaken of kiezen voor kaalslag.”
Dat woord nam maandag ook de voorzitter van de Universiteit van Tilburg (voorheen Katholieke Universiteit Brabant), Y. van Rooy, in de mond. Zij beklaagde zich ook over het uitdijende woud aan overheidsbureaucratie, dat de universiteiten handenvol werk bezorgt en dus ook steeds meer geld kost.
Minister Van der Hoeven toonde vanuit Enschede begrip. Zij wil dat onderzoekers minder tijd kwijt zijn aan het schrijven van onderzoeksvoorstellen en de verantwoording van hun uitgaven. Ook wil zij grotere bedragen ineens beschikbaar stellen, voor langere perioden. Toch maakte zij duidelijk dat bezuinigingen op het hoger onderwijs onvermijdelijk zijn.
Kleine, relatief jonge universiteiten zoals in Twente en Maastricht zijn er het ergst aan toe, vond F. van Vught, de rector magnificus van de Universiteit Twente. Oudere universiteiten krijgen volgens hem relatief meer geld, alleen maar omdat zij ouder zijn. Naar kwaliteit kijkt de minister niet als het overheidsgeld wordt verdeeld. Oordelen over het onderwijs en het onderzoek zouden wat Van Vught betreft een grotere rol moeten spelen. Dat laatste beaamde Van der Hoeven. Zij wil daar afspraken over maken.