Vakbonden mogen buitenlands bedrijf tot cao dwingen
LUXEMBURG (ANP) – Vakbonden mogen een buitenlands bedrijf met goedkope werknemers dwingen tot een cao te komen met een aanvaardbaar loonniveau. Dat blijkt uit een conclusie van een advocaat–generaal van het Europees Hof van Justitie. De conclusie is goed nieuws voor vakbonden en arbeiders in de ’rijkere’ landen van de Europese Unie.
Advocaat–generaal Paolo Mengozzi van het EU–Hof oordeelde over de zogenoemde Laval–zaak uit 2004. Dit bedrijf uit Letland wilde met goedkope Letse bouwvakkers een schoolgebouw neerzetten in Zweden. De lonen voor de Letse bouwvakkers lagen vier keer zo laag als die van hun Zweedse collega’s. Zweedse vakbonden en bouwvakkers waren zeer boos over de in hun ogen oneerlijke concurrentie en blokkeerden de bouwplaats.De zaak kwam later voor het EU–Hof in Luxemburg, ook al is Laval inmiddels failliet. Volgens Mengozzi mogen vakbonden buitenlandse bedrijven door middel van collectieve acties als blokkades dwingen te gaan onderhandelen over een cao.
Als dat leidt tot hogere lonen voor de buitenlandse werknemers is het concurrentienadeel voor de binnenlandse arbeiders verdwenen. De vakbonden moeten hun acties alleen wel motiveren met het ’algemeen belang’, zoals de bescherming van de werknemers en de bestrijding van sociale dumping.
Het advies van een advocaat–generaal bij het EU–Hof wordt doorgaans, maar niet altijd overgenomen door de rechters van het Hof. Zij oordelen in de herfst van dit jaar.
In een conclusie van een andere advocaat–generaal van het Hof in Luxemburg wordt gesteld dat vakbonden ook collectieve actie mogen ondernemen om een bedrijf ervan te weerhouden hun activiteiten te verplaatsen naar een ander land in de EU met goedkopere werknemers.
Deze uitspraak is gedaan in de zaak van de Internationale Transportwerknemers Federatie (ITF) tegen een Finse veerbotenonderneming. Die wilde zijn bedrijf ’omvlaggen’ naar Estland, om daar met goedkopere Estse bemanningen te kunnen gaan varen.