Afrika maakt werk van duurzame energie
DEN HAAG (ANP) - Ongeveer 25 Afrikaanse landen willen in totaal 20 miljoen families met biogasinstallaties voorzien van duurzame energie.
Dat is volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken dinsdag besloten op een mede door Nederland georganiseerde conferentie over biogas in Nairobi, de hoofdstad van Kenia.Aan de conferentie namen, behalve donorlanden zoals Nederland, Noorwegen en Duitsland, de Shell Foundation, de African Development Bank en een grote groep Afrikaanse landen deel. Behalve om Kenia gaat het onder meer om Rwanda, Ethiopië, Benin, Nigeria, Zuid-Afrika, Mali, Senegal en Ghana. Inmiddels is het eerste nationale biogasprogramma in Rwanda gestart. Naar verwachting volgen dit jaar nog Ethiopië en Uganda.
Met een biogasinstallatie kan uit uitwerpselen van vier varkens of twee stuks vee voldoende gas worden opgewekt om een gezin op te laten koken en te voorzien van een brandende lamp. Vaak wordt er ook een toilet op aangesloten, maar die zijn in grote delen van Afrika schaars.
Voor het programma, dat jaren zal duren, is in totaal ongeveer 12 miljard dollar nodig. Buitenlandse Zaken en de ontwikkelingsorganisaties SNV en Hivos en een team Afrikaanse deskundigen coördineren het project voorlopig. Het ministerie heeft daar 200.000 euro voor uitgetrokken. Zodra een Afrikaans land het project oppikt, komt er meer Nederlands geld voor vrij, zo meldt het ministerie.
SNV steunt al een succesvol biogasprogramma in Azië. De families betalen daar vaak met hulp van microkrediet ongeveer 100 dollar mee aan een installatie, die zo’n 300 tot 400 dollar kost. De ervaring leert dat mensen erin slagen dat bedrag in een paar jaar af te lossen, meldt een woordvoerder van de SNV. In Afrika zullen de kosten per installatie waarschijnlijk wat hoger zijn.
Een van de voordelen van de installaties is dat mensen geen hout meer hoeven te sprokkelen - vaak een taak van vrouwen. Het scheelt hun ongeveer 2,5 uur werk per dag. Het restproduct van de biogasinstallatie blijkt bovendien erg goed bruikbaar als mest voor de landbouw.