Het kabinet zat voorheen te veel in een ivoren toren, vindt voorzitter Abdullah Haselhoef van de Contact Groep Islam (CGI). „Als je meer contact met de burger wilt, moet je inderdaad de wijk ingaan. Mits het kabinet de vertaalslag juist kan maken, kan dit wel eens een goede zet zijn geweest.”De honderd dagen zijn voor allochtonen en minderheden wat Haselhoef betreft geslaagd „als de polarisatie tussen verschillende bevolkingsgroepen zal afnemen. Het kabinet moet meetbaar maken welke achterstandsgroepen nu beter meedoen dan voorheen, bijvoorbeeld door dalende werkloosheidscijfers onder deze groepen.”

Een aantal organisaties dat is aangesloten bij de CGI is nauw betrokken geweest bij de toer van Vogelaar. „Men voelt zich veelal vereerd dat de minister tijd heeft genomen om moskeeën en andere organisaties te bezoeken. Dat schept voor ons vertrouwen.”

Ook Mohamed Sini, voorzitter van de stichting Islam en Burgerschap, is uitgesproken positief over de stappen van het kabinet. „Ik vind het heel goed dat ze het hebben gedaan. Vooral de veranderde toon over moslims en de multiculturele samenleving deed mij deugd. Die toon is meer verwelkomend, meer insluitend dan uitsluitend.”

Voor Sini zijn de honderd dagen een succes als het kabinet een duidelijke richting aangeeft voor de achterstandswijken, „al spreek ik liever over kwetsbare wijken.”

Daarnaast vindt Sini het van belang „dat het kabinet zegt hoe de integratie van allochtonen in het algemeen en moslims in het bijzonder eruit moet gaan zien. In het vorige kabinet werden de dingen duidelijk bij de naam genoemd. Dat is misschien wel goed, maar je kunt er ook in doorslaan. Afgaand op de toon van dit kabinet, denk ik dat er een andere richting wordt ingeslagen. Dat juich ik toe.”