Na de aanslag braken rellen uit, waarbij zeker twee doden vielen. De politie heeft dat bekendgemaakt. Zij zei kort na de aanslag nog twee bommen te hebben gevonden en onschadelijk te hebben gemaakt.De bom ontplofte toen de bezoekers na de vrijdagdienst uit de Mecca Masjid, een moskee uit de 17e eeuw, naar buiten kwamen. Doorgaans wordt de dienst door zo’n 10.000 mensen bijgewoond en de explosie veroorzaakte grote paniek. Vrijwel meteen ontstonden protesten van moslims die er schande van spraken dat de politie hun bevolkingsgroep niet meer bescherming biedt. Sommigen begonnen agenten met stenen te bekogelen, waarop de politie traangas inzette en de menigte met stokken uiteen probeerde te jagen om de ambulances doorgang te verlenen. Later werd ook met scherp geschoten op betogers, en daarbij vielen ten minste twee doden.

De aanslag en daaropvolgende onlusten wekten vrees voor een plaatselijke oorlog tussen hindoes en moslims. De spanningen tussen de twee bevolkingsgroepen zijn in Hyderabad in het verleden herhaaldelijk tot uitbarsting gekomen. De premier van de deelstaat Andhra Pradesh, waartoe de stad behoort, Y. S. Rajasekhara Reddy, maande tot kalmte. Hij noemde de aanslag een daad van „moedwillige sabotage van de vrede en rust in het land.”

De bloedigste godsdienstrellen van de afgelopen jaren vonden in 2002 plaats in de westelijke staat Gujarat. Meer dan duizend mensen, merendeels moslims, werden toen vermoord nadat zestig hindoes die van een bedevaart terugkeerden waren omgekomen bij een treinbrand. Moslims werden ervan beschuldigd de brand te hebben gesticht.