„Christelijke literatuur moet reageren op wereldproblemen”
Op 15 mei 1982 richtten Bert Hofman en Evert Kuijt de vereniging Schrijvenderwijs op. Twintig jaar lang zat Hofman in het bestuur; van het begin tot 1992 hanteerde hij de voorzittershamer. In 1983 bracht de vereniging het eerste nummer van het christelijk-literaire tijdschrift Woordwerk uit, dat later opging in Liter.
In het dagelijks leven was Hofman docent Nederlands. Hij publiceerde onder meer enkele dichtbundels en schreef in 1991 het CLK-actieboekje ”Dromen in Babel”. Hofman promoveerde in 1993 op een studie over Schriftuurlijke liederen uit de zestiende eeuw. Een bloemlezing van deze liederen verscheen vorig jaar. Ook publiceerde Hofman over het Wilhelmus.De vereniging Schrijvenderwijs volgde het lossere verband van ”Ontmoetingsdagen van protestants-christelijke auteurs” op, dat sedert 1975 onder leiding van Jac. Overeem, Rik Valkenburg en Evert Kuijt op onregelmatige tijden bijeenkwam. Hofman: „We hadden behoefte aan een hechtere organisatie, een eigen platform en een stem in de wereld van de literatuur waarin christelijke auteurs mogelijkheden kregen om aandacht op hun werk te vestigen. We streefden naar nieuwe vormen en wilden een eigen geluid laten horen. We protesteerden daarmee tegen de uitspraak van C. Rijnsdorp, die de christelijke literatuur had doodverklaard.”
Wat waren de mooie momenten?
„Voor mij springt de drukbezochte Reviusdag op 22 maart 1986 eruit, die ter gelegenheid van de vierhonderdste geboortedag van deze belangrijke dichter werd gehouden. En niet te vergeten de open brief aan de Stichting CPNB ter attentie van directeur Henk Kraima als protest tegen het scandaleuze Boekenweekgeschenk van Salman Rushdie in 2001. Dat protest kreeg veel aandacht in de landelijke pers.”
Wat heeft Schrijvenderwijs voor u betekend?
„Er waren veel geslaagde bijeenkomsten en praktische werkdagen. Ook was er een grote saamhorigheid onder de leden. De vereniging heeft het zelfbewustzijn van christelijke schrijvers gestimuleerd, en doet dat nog steeds.”
Wat zou de vereniging in de toekomst beter moeten doen?
„We zijn weinig verder gekomen met denken over christelijke literatuur. Nog steeds tobben we over de vraag naar het bestaansrecht van christelijke literatuur die we 25 jaar geleden ook al stelden. Het verbaast me hoe er weinig vanuit christelijke schrijvershoek is gereageerd op de gebeurtenissen van 11 september 2001, die wereldwijd ook in de literatuur een diepgaande invloed uitoefenen. We zouden ons meer moeten richten op de grote problemen die vandaag de dag de wereld beheersen.”