„Het weer beïnvloedt je stemming. Mensen fleuren echt op van mooi weer”, aldus psycholoog Aly van Geleuken van het Depressie Centrum van het Fonds Psychische Gezondheid. De psychische gezondheidslijn van het fonds wordt volgens haar minder vaak gebeld met vragen over psychische nood wanneer de zon schijnt. „Op een zonnige dag bellen nog niet half zo veel mensen als anders.”Hoe het komt dat zonnig weer een groot positief effect heeft op het welbevinden van mensen, is niet helemaal duidelijk. „We weten dat de temperatuur minder belangrijk is dan het licht. Afgelopen zomer was het in augustus wel warm, maar het regende enorm. Daar worden mensen depressief van”, aldus Van Geleuken. De psychologe benadrukt dat patiënten met zeer ernstige depressies geen baat hebben bij een warm zonnetje.

April heeft in de paar weken dat de maand oud is al een aantal weerrecords gebroken. Zondag 15 april was de warmste dag ooit in april gemeten. Zaterdag 14 april gaat de boeken in als vroegste zomerse dag ooit. Voor een zomerse dag moet het 25 graden meer zijn.

Het KNMI voorspelt begin volgende week opnieuw een aantal dagen met temperaturen tussen de 20 en 25 graden Celsius. In de tussentijd is het iets minder zonnig en warm buiten. Volgens Van Geleuken is het niet waarschijnlijk dat veel mensen na een aantal zeer warme dagen in een diepe depressie storten als het een paar dagen minder warm en zonnig weer is. „Het gros van de mensen is juist heel blij met het contrast. Ze kunnen tijdens die dagen uitkijken naar de zon.”

Niet alleen mensen met aanleg voor lichte depressies knappen op van zonnig weer, ook mensen met huidaandoeningen zoals eczeem hebben baat bij zonlicht. Voor het welbevinden van mensen met hooikoorts is het warme voorjaar minder positief. Door de hoge temperatuur staan bomen, bloemen en planten eerder in bloei en het uitblijven van neerslag leidt ertoe dat veel pollen door de lucht blijven zweven.

Door de warmte en het gebrek aan neerslag ontstaat op diverse plaatsen in het land wel een watertekort in de bodem, zo blijkt uit berekeningen van de wetenschappelijke adviesorganisatie WaterWatch. Vooral in het oosten van Drenthe en Groningen, de Veluwe en Zuid-Limburg is er te weinig water. WaterWatch noemt de situatie in Brabant en op de Utrechtse Heuvelrug minder ernstig, maar zorgelijk.

„De jonge gewassen in de akkerbouwgebieden in Groningen, Flevoland, Zeeland en de Wieringermeer kennen geen watertekort maar het vochtgehalte in de bodem is laag. Ze bevinden zich daardoor op een kritisch punt”, aldus WaterWatch. Alleen landerijen in Friesland en het Groene Hart hebben vooralsnog geen last.

Een woordvoerder van LTO Akkerbouw noemt de situatie voor telers in sommige gebieden lastig. „Uien en bieten zijn net gezaaid. Door het uitblijven van neerslag kiemt een deel wel en het andere deel niet, zodat je tweewassigheid krijgt.”