Onderzoek RuG: allochtonen en bejaarden als gastouder
Het tekort aan kinderopvang kan worden opgelost door gastouders te zoeken onder mannen, allochtonen, bejaarden en alleenstaanden. Dat stellen economen J. ten Veen en B. Hilbrands van de Rijksuniversiteit Groningen (RuG) na onderzoek.
Het tekort aan kinderopvang in Nederland wordt steeds groter, met name voor vier- tot twaalfjarigen. Uit het onderzoek blijkt dat een ruime meerderheid van de ouders geen bezwaar heeft tegen een gastouder die man, allochtoon, alleenstaand of bejaard is.
Gastouders bieden tegen vergoeding kinderopvang in hun eigen woning. Het zijn vaak vrouwen met kleine kinderen die thuis wat willen bijverdienen in combinatie met de zorg voor hun eigen kinderen. Uit het onderzoek van de RuG blijkt dat de huidige gastouders over het algemeen getrouwde moeders tussen de 21 en 55 jaar zijn. Hun opleidingsniveau varieert van lager tot middelbaar beroepsonderwijs. Ze hebben meestal geen baan.
Door de krappe arbeidsmarkt, de stijgende participatiegraad van vrouwen en het volstromen van kinderdagverblijven is de vraag naar gastouders de laatste jaren explosief gestegen. Bemiddelingsbureaus hebben steeds meer moeite te voldoen aan de vraag naar gastouders, beweren de onderzoekers.
Behalve de daling van het aantal gastouders worden gastouderbureaus ook geconfronteerd met de Wet Basisvoorziening Kinderopvang (WBK), die in 2004 in werking treedt. Door de invoering van deze wet vervalt de subsidie die de bureaus nu nog ontvangen. Zij hebben dus ook zeker baat bij een groter arsenaal aan gastouders.