Wolfowitz: omstreden vanaf het begin
WASHINGTON - Als president van de belangrijkste ontwikkelingsbank heeft Wolfowitz corruptiebestrijding tot een van de speerpunten van zijn beleid gemaakt. Nu dreigt uitgerekend nepotisme hem zelf de kop te gaan kosten.
Paul Wolfowitz heeft zijn reputatie als omstreden leidsman bij de Wereldbank niet kunnen wegnemen. Hij was al omstreden bij zijn aantreden, twee jaar geleden, en raakte deze week in opspraak omdat hij zijn vriendin bij de bank had bevoordeeld.De raad van bestuur van de Wereldbank liet gisteren weten dat Wolfowitz nooit toestemming heeft gekregen voor een forse loonsverhoging voor zijn vriendin. De positie van Wolfowitz als president van de Wereldbank is daarmee zwaar onder druk komen te staan.
De 63-jarige Wolfowitz stond bij zijn aantreden in 2005 vooral bekend als havik binnen de Amerikaanse regering. Als onderminister van Defensie werd hij gezien als het brein achter de oorlog in Irak. Veel mensen vroegen zich af of uitgerekend hij de ontwikkelingsbank wel moest gaan leiden. Wolfowitz wist in de aanloop naar zijn benoeming echter de belangrijkste twijfels weg te nemen.
De twijfels verdwenen echter niet helemaal. Wolfowitz kreeg al snel het verwijt zich met vertrouwelingen te omringen. Dat gold in het bijzonder voor Suzanne Rich Folsom, die hij had benoemd als hoofd van de afdeling die zich met corruptie bezighoudt. Rich Folsom is net als Wolfowitz zelf Republikein. De benoeming zorgde voor de gefronste wenkbrauwen binnen de bank, mede omdat de afdeling die zij ging leiden geheel onafhankelijk van de bank moet opereren.
De kwestie werd Wolfowitz ingewreven tijdens de jaarvergadering van de bank en het Internationaal Monetair Fonds (IMF), vorig jaar in Singapore. Op de agenda stond toen een plan van Wolfowitz dat paal en perk moet stellen aan corruptie in arme landen en dat vorige maand in afgezwakte vorm door het bestuur van de bank werd aangenomen. De toenmalige minister voor Ontwikkelingssamenwerking Van Ardenne maakte bij die gelegenheid geen geheim van het ongenoegen dat onder diverse landen leefde over het benoemingenbeleid van Wolfowitz.
Intussen had Wolfowitz als president al naam gemaakt als iemand die hard kon ingrijpen bij landen die het minder nauw nemen met zaken als goed bestuur. Bij diverse landen werden de duimschroeven aangedraaid omdat ze zich niet aan de regels hielden. Het anticorruptiebeleid van Wolfowitz stond al bloot aan kritiek omdat in de ogen van critici een te grote rol was weggelegd voor de private sector en de marktwerking, die alle problemen zouden moeten wegnemen.
Wolfowitz werd geboren uit Pools-Joodse ouders. Zijn vader was wiskundige. Hoewel de jonge Wolfowitz tijdens zijn studie wiskunde en chemie als hoofdvakken had, zocht hij uiteindelijk zijn heil in politieke wetenschappen aan de universiteit van Chicago. Aan de John Hopkins University in Washington was hij decaan.
Later ging Wolfowitz de politiek in en werd hij onder meer ambassadeur voor de Verenigde Staten in Indonesië. Hij kreeg daar naar eigen zeggen meer gevoel voor de ontwikkelingsproblematiek. Critici meenden echter dat hij zich indertijd niet kritisch uitliet over de toenmalige leider van Indonesië, Suharto, die is beschuldigd van omvangrijke corruptie.
Nu dreigt Wolfowitz het veld te moeten ruimen door een onnozele actie. Nepotisme is een vorm van corruptie die ook in ontwikkelingslanden voorkomt. Voor de pers verklaarde de president donderdag spijt te hebben. In hoeverre dit gevolgen heeft voor zijn positie zal mogelijk dit weekeinde duidelijk worden tijdens de voorjaarsvergadering van de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds in Washington. Zeker is wel dat maar weinigen het plan van Wolfowitz voor de bestrijding van corruptie nog serieus zullen nemen.