VN vrezen verdere verandering klimaat
BRUSSEL - Ongeveer 20 tot 30 procent van de nu bekende planten- en diersoorten lopen een toenemend risico van uitsterving als de gemiddelde temperatuur op aarde verder stijgt dan 1,5 tot 2,5 graad Celsius. Dat staat in het jongste VN-klimaatrapport dat gistermiddag na moeizame onderhandelingen in Brussel is gepresenteerd.
Politici uit ruim 130 landen zijn het na dagen debatteren gistermiddag in Brussel eens geworden over de samenvatting van het tweede VN-klimaatrapport dit jaar van het IPCC, de klimaatonderzoeksinstelling van de VN. Het IPCC voorziet dat de komende decennia vooral de arme landen, maar niet alleen die, zwaar worden getroffen door klimaatsverandering.In de oorspronkelijke tekst van de samenvatting stond dat 20 tot 30 procent van alle planten- en diersoorten een hoog risico, in plaats van een toenemend risico, van uitsterving loopt. Ook de passage dat het Noord-Amerikaanse continent zware economische en ecologische gevolgen van klimaatsverandering te wachten staat, is in de nacht van donderdag op vrijdag onder druk van de Verenigde Staten uit de 21 pagina’s tellende samenvatting verdwenen. Daarmee is die passsage echter niet uit het volledige rapport geschrapt.
Vooral de VS, Saudi-Arabië en China hebben tot op het laatst geprobeerd de tekst van het rapport af te zwakken. De VS voelen er niets voor om, ter beperking van de uitstoot van broeikasgassen, maatregelen te treffen die voorlopig meer kosten dan opbrengen. Saudi-Arabië ziet in elke maatregel tegen klimaatsverandering de olie-uitvoer omlaag gaan en China vreest beperking in de snelle industriële ontwikkeling omdat het verstoken van de steenkoolvoorraden niet past in de strijd tegen verdere opwarming van de atmosfeer.
Aan het jongste en 1400 pagina’s tellende rapport hebben 2500 klimaatexperts uit 130 landen meegewerkt. Ze vermoeden meer en ernstiger schade als gevolg van klimaatsverandering dan tot nu toe is aangenomen. De opstellers vrezen, naast verdwijning van planten- en diersoorten, een watertekort dat meer dan 1 miljard mensen zou kunnen treffen en een zeespiegelstijging die decennia zou kunnen aanhouden.
Het watertekort hangt samen met het afsmelten van gletsjers en ijskappen in berggebieden als de Himalaya, de Rocky Mountains en de Alpen. IJsmassa’s daar voorzien miljoenen mensen in de wijde omgeving van die gebieden nu van zoet water. Verder afsmelten van het ijs zorgt niet alleen voor droogte maar ook voor overstromingen, omdat bij verdere opwarming van de aarde neerslag in die gebieden niet meer tijdelijk in de vorm van sneeuw of ijs zal blijven liggen. Waarnemingen tonen aan dat gletsjers en ijskappen in die gebieden de afgelopen jaren al in omvang zijn afgenomen.
Bij de samenstelling van het klimaatrapport zijn 29.000 gegevens verwerkt van waargenomen veranderingen in fysische en biologische aspecten van het milieu. Dat neemt niet alle eerdere onzekerheden over de toekomstige ontwikkeling van het wereldklimaat weg, maar „wat we nu gevonden hebben is dat bewijs van de invloed van klimaatsverandering veel helderder en veel betrouwbaarder is”, aldus IPCC-voorzitter Rjendra Pachauri.
Volgens het IPCC is het zeer waarschijnlijk dat door de mens geproduceerde broeikasgassen de nu zichtbare opwarming veroorzaken. Die broeikasgassen komen vooral vrij bij verbranding van fossiele brandstoffen als aardolie, steenkool en aardgas