Het is de tweede keer dat Kerkorian een bod doet op Chrysler, dat net als z’n twee belangrijkste concurrenten General Motors (GM) en Ford in problemen verkeert.In 1995 bood Kerkorian nog 22,8 miljard (16 miljard euro) voor Chrysler, maar het bedrijf verkeerde toen duidelijk in een betere staat. In 1998 werd Chrysler overgenomen door Daimler-Benz. De verwachtingen waren hooggespannen, maar de fusie leverde niet de verwachte resultaten op. Eerder dit jaar liet topman Dieter Zetsche van DaimlerChrysler weten dat het bedrijf af wil van de Amerikaanse tak, die vorig jaar een verlies noteerde van 1,5 miljard dollar.

Er ligt al een bod van 4,6 miljard van de Canadese auto-onderdelenproducent Magna International samen met de investeringsgroep Cerberus Capital (onderdeel van de Blackstone Group). Kerkorian liet Zetsche en de raad van bestuur van DaimlerChrysler weten bereid te zijn om z’n bod te verhogen als hij het exclusieve recht krijgt op overnameonderhandelingen.

Daarbij speelt niet alleen de prijs van Chrysler een belangrijke rol, maar ook de portefeuille gezondheidszorg voor Chryslermedewerkers en oud-medewerkers die een bijkomende last vormt van 18 miljard dollar. Wanneer hier concessies gedaan moeten worden -zoals Kerkorians advocaat Terry Christensen gisteren suggereerde- dan, heeft Kerkorian de medewerking nodig van de vakbonden.

Volgens Christensen denkt Kerkorian dat hij met een weldoordachte langetermijnstrategie Chrysler als zelfstandige autoproducent kan behouden voor de Amerikaanse auto-industrie.

Kerkorian heeft de laatste jaren veel verdiend met investeringen in andere sectoren, maar hij keert regelmatig terug naar de autosector. Zo kocht hij vorig jaar 10 procent van de aandelen van General Motors en begon daarna aan te dringen op nauwe samenwerking tussen GM met Renault en Nissan.