Gebied in hersenen oorzaak dyscalculie
MAASTRICHT (ANP) - Onderzoekers van de Universiteit Maastricht en het University College Londen (UCL) hebben ontdekt welk gebied in de hersenen verantwoordelijk is voor de cijfervariant van dyslexie.
Volgens de onderzoekers worden de rekenfouten gemaakt aan de rechterachterkant van het hoofd, ofwel in de ”rechter pariëtaalkwab”.Het gebied is geïdentificeerd door mensen in een bepaalde scanner simpele rekensommetjes te laten maken. Het actieve hersengebied lichtte op.
Vervolgens kregen proefpersonen bijvoorbeeld een kleine 2 en een grote 4 te zien of juist een grote 2 en een kleine 4. De opdracht was het „fysiek grotere” getal aan te wijzen en daarbij de eigenlijke waarde van het cijfer te negeren.
Mensen met dyscalculie deden dat beter dan ’gezonde’ mensen in een vergelijkingsgroep; ze werden namelijk niet gehinderd door de numerieke waarde van het getal, wat bij de andere groep automatisch meegewogen werd in het oordeel. Die verwarring maakte de vergelijkingsgroep trager.
Maar toen bij proefpersonen in de vergelijkingsgroep het verantwoordelijke hersengebied kort werd uitgeschakeld door middel van TMS (Transcranial Magnetic Stimulation), reageerden deze precies hetzelfde op de taak als mensen met dyscalculie. Het onderzoeksresultaat wordt binnenkort gepubliceerd in Current Biology.
Ongeveer 5 procent van de bevolking heeft last van dyscalculie, de cijfervariant van dyslexie. Mensen met dyscalculie hebben moeite met cijfers. Dat kan negatieve gevolgen hebben voor tellen, rekenen, klok kijken, met geld omgaan, of zelfs het aanhouden van de juiste snelheid in een auto. Kinderen met dyscalculie hebben vaak moeite het tempo op school bij te benen.
„TMS maakt het mogelijk om, zonder de schedel te openen, de hersenen van de mens binnen te dringen en tijdelijk de hersenactiviteit op een specifieke plek en een specifiek moment te veranderen”, zegt onderzoeksleider dr. Alexander Sack van de Universiteit Maastricht.
„We doen dit door kleine, zeer kortstondige magnetische prikkels toe te dienen, waardoor bepaalde processen in de hersenen beïnvloed kunnen worden”. Daarmee kan de onderzoeker de neurale activiteit in een bepaald gebied van de hersenen verhogen of verlagen.
Vervolgens bekijkt de onderzoeker of die verandering gevolgen heeft voor het gedrag van de proefpersoon. Het is mogelijk dat symptomen van dyscalculie in de toekomst makkelijker kunnen worden vastgesteld met een hersenscan.