In zestig pagina’s zet de dominee zijn standpunt over seks met kinderen uiteen, aangevuld met vakliteratuur over het onderwerp. „Om nog één keer verantwoording af te leggen over mijn minst populaire werk”, aldus ds. Visser. De dominee is per 1 april officieel met pensioen, hoewel hij nog actief blijft voor de Pauluskerk totdat een opvolger is gevonden.„Pedofielen laten we nu hulpeloos achter. De samenleving mietert hen in de afgrond”, schrijft u. Stevige taal.
„Het is niet anders. Deze mensen worden slecht bejegend. Mensen die zich schuldig hebben gemaakt aan wat de samenleving een vergrijp noemt, worden onredelijk zwaar gestraft. De meesten gaan voor flinke tijd de gevangenis in en krijgen tbs opgelegd. Dat kun je niet maken, vind ik.”

Seksualiteit met kinderen tot en met 16 jaar is juridisch verboden. Onbegrijpelijk dat u een pleidooi voert voor beperkte toelating.
„Onderzoek wijst uit dat de ondergrens voor seksualiteit bij de 12 jaar ligt. Tot die leeftijd kun je met kinderen stoeien en knuffelen, meer niet. In de puberteit wordt het ingewikkelder. Jongeren krijgen een eigen seksueel leven. De samenleving heeft gezegd: Tot 16 jaar mogen zij geen seks hebben. Zo werkt dat natuurlijk niet. Seks met kinderen tussen de 12 en 17 jaar is echt niet altijd schadelijk. Er is niets mis mee als een volwassene in die wereld intreedt en er zorgvuldig mee omgaat.”

Volgens critici opent u met uw pleidooi de deur voor kinderporno.
„Kinderporno en misbruik vind ik verwerpelijk, zoals ik het ook verwerpelijk vind wanneer vrouwen door heteroseksuele mannen worden misbruikt. Maar als we pedofielen alleen veroordelen in plaats van ze te begeleiden, trekken ze zich terug in hun schulp. Dan gaat het ondergronds verder. We moeten de moeilijke middenweg vinden tussen totale autonomie en totale afwijzing van pedofielen.”

U zou pedofielen ook adviezen aan de hand kunnen doen om praktisering te vermijden.
„Ik heb waardering voor het denken van een man als dr. W. J. Ouweneel. Volgens hem moeten wij homo’s en pedo’s aanvaarden. Ze mogen er zijn. Maar dan schrijft hij dat hun geaardheid gevolg is voor de gebrokenheid van de schepping en dat zij geen seksualiteit mogen hebben. Dat vind ik een onzinnige opvatting.”

Je zult maar een kind hebben dat seksueel is misbruikt.
„Natuurlijk, voor het slachtoffer is dat een slechte zaak. Waar ik van baal, is dat de media steeds weer breed uitpakken als er een pedo in de fout gaat. Zo worden deze mensen in een hoek gedrukt.”

Klopt het dat u de afgelopen jaren diverse keren om uw opvattingen bent bedreigd?
„Volgens de politie is de situatie sinds februari weer veilig. De samenleving is vrij onverdraagzaam. Ik ben geen pedo, dus ik weet hoe er over pedofielen wordt gedacht. Ik heb er zelf vroeger precies zo over gedacht.”

Had u niet beter een boekje kunnen schrijven dat de overdreven aandacht voor seksualiteit in de samenleving aan de kaak stelt?
„Dat is een ander verhaal. In mijn boekje pleit ik niet voor de eenzijdige manier waarop veel mensen met seksualiteit omgaan, maar wel voor seksualiteit die is ingebed in een evenwichtige relatie tussen mensen die zorg voor elkaar hebben.”