De CDA-bestuurder erkende in een extra Statenvergadering dat hij busbedrijf Connexxion eerder op het matje had moeten roepen toen er signalen waren dat niet aan de opdracht werd voldaan.Volgens Janse de Jonge waren dagenlange stakingen van buschauffeurs in oktober en de inzet van aftandse, inderhaast geregelde bussen in Den Bosch te voorkomen geweest als hij Connexxion in de zomer al om duidelijkheid had gevraagd, zo verklaarde hij.

Noord-Brabant was de eerste grote provincie die het openbaar vervoer moest aanbesteden. Voor de busbedrijven een uiterst interessante opdracht met een waarde van rond de 600 miljoen euro. In 2005 liep de aanbesteding stuk op een rekenfout van de provincie. In de herkansing een jaar later kwam busbedrijf Connexxion terug op zijn opvallend goedkope offerte vanwege een „evidente schrijffout.” Toch ging de opdracht in juni 2006 naar Connexxion.

Het gevolg is bekend: Connexxion liet de provincie vijf voor twaalf weten niet voor de beloofde prijs te rijden. Brabantse buschauffeurs die in onzekerheid bleven over hun toekomst gingen dagenlang in staking. Uiteindelijk bereikten de busbedrijven een uniek compromis. Connexxion trok zich formeel terug en de concessies werden gegund aan BBA/Veolia (West-Brabant) en Arriva (Noordoost-Brabant).

Janse de Jonge ontkende dat er onvoldoende afstand en tijd is genomen bij het besluit om de opdracht ondanks alles aan Connexxion te gunnen, zoals een speciale enquêtecommissie vorige week constateerde. „Het besluit is uitgebreid, grondig, langdurig en zorgvuldig bediscussieerd. We zien niet hoe het anders had gekund.”