De Europese Commissie heeft geld uitgetrokken voor dit initiatief. Commissaris Potocnik (Wetenschap) maakte een en ander donderdag bekend. Hij meent dat de plannen bevestigen dat de EU een leidende rol speelt bij de betrokken vorm van research.Wat wel en wat niet mag met stamcellen is geregeld in nationale wetgeving. Tien lidstaten hanteren een beleid dat veel ruimte verschaft voor onderzoek op dit terrein in de laboratoria: België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Nederland, Spanje, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk en Zweden. Tot dusver zijn bij projecten binnen de Unie 81 verschillende lijnen in gebruik. Behalve de genoemde landen nemen ook Australië, Israël, Turkije, de Verenigde Staten en Zwitserland deel aan de registratie.

De daarvoor benodigde werkzaamheden worden verricht door twee instituten, gevestigd in Barcelona en Berlijn. Een onafhankelijke commissie geeft aanwijzingen met betrekking tot hoe om te gaan met ethische aspecten als de bescherming van gegevens.

Stamcellen kunnen uitgroeien tot allerlei typen cellen en dragen daarmee de mogelijkheid in zich om beschadigde delen van het lichaam te herstellen. De verwachting is dat ze in de toekomst een belangrijke bijdrage zullen leveren aan de behandeling van bijvoorbeeld Parkinson, diabetes en verlammingen.

Experimenten op dit gebied zijn omstreden omdat de stamcellen verkregen worden uit een menselijk embryo in een eerste stadium, wat gepaard gaat met de vernietiging van dat prille leven. Vervolgens zijn ze eindeloos te vermenigvuldigen. Potocnik benadrukt dat het aanleggen van een openbaar register de inzet van reeds bestaande lijnen bevordert en daarmee het creëren van nieuwe overbodig maakt.