Rost van Tonningen woonde tientallen jaren in Velp (gemeente Rheden) en kocht in 1996 een graf op Heiderust. Aangezien dat een openbare begraafplaats is en de Zwarte Weduwe toen nog inwoonster van de gemeente was, waren er geen gronden om haar dat te weigeren. Iedereen heeft namelijk recht op een laatste rustplaats in de eigen woonplaats, zei burgemeester P. van Wingerden-Boers maandagmiddag.De burgemeester overlegt nog met het openbaar ministerie en de politie over een zogeheten tolerantiegrens. Maatregelen kunnen nodig zijn op de dag van de begrafenis, maar ook in de periode daarna, wanneer het graf een trekpleister zou kunnen worden voor neonazisten of hun antifascistische tegenstanders. Er is overigens nog geen vergunning voor enige demonstratie aangevraagd bij de gemeente, aldus Van Wingerden.

Op Heiderust liggen ook oorlogsslachtoffers begraven. De gemeente erkent dat de begrafenis van Rost van Tonningen verdriet en onrust kan veroorzaken. Daarom ontvangt de burgemeester nabestaanden van oorlogsgetroffenen, oud-verzetsstrijders en „anderen die emotioneel zijn geraakt” morgen in een besloten bijeenkomst. Aansluitend is er een bijeenkomst voor omwonenden van Heiderust die bezorgd zijn over de openbare orde en veiligheid.

Onderzoeker J. van Donselaar van de Anne Frank Stichting zei maandag in NRC Handelsblad dat Rost van Tonningen de afgelopen jaren „interessante correspondenties” onderhield. Van Donselaar vreest dat een deel van de nalatenschap na een ordening van haar archief al verdwenen is.

Onderzoeker D. Barnouw van het Nederlandse Instituut voor Oorlogsdocumentatie acht het „heel onwaarschijnlijk” dat de nalatenschap van de weduwe historisch gezien interessant is.