Campina worstelt met lage melkprijs
ZALTBOMMEL (ANP) - Campina moet mogelijk fabrieken sluiten als melk in de supermarkten niet duurder wordt.
Dit maakte bestuursvoorzitter Tiny Sanders vrijdag duidelijk bij de presentatie van de jaarcijfers van de zuivelcoöperatie. „Als de prijzen niet omhooggaan, zullen we naar alternatieven moeten kijken. Ik sluit niets uit, ook niet het sluiten van fabrieken.”Volgens Sanders is in supermarkten het prijsverschil te groot tussen huismerken en melk die wordt verkocht onder het Campinamerk. Volgens hem is voor huismerkmelk, die de coöperatie overigens zelf ook levert, een prijsverhoging van 4 tot 5 eurocent per liter noodzakelijk om weer tot gezondere verhoudingen te komen.
De opmerkingen van Sanders duiden op oplopende spanningen tussen Campina en supermarktketens. Zowel in Nederland als in Duitsland heeft de coöperatie te maken met een teruglopende omzet uit de verkoop van basiszuivel doordat supermarkten elkaar beconcurreren met goedkope melk.
Sanders had onlangs al opgeroepen tot een prijsverhoging van melk. De komende weken moet de coöperatie haar argumenten overbrengen naar de supermarktketens. De gesprekken zijn net begonnen, aldus de topman. „In Duitsland, qua volume het belangrijkst, moeten we eerst kijken wat Aldi doet. Over vier weken is er meer duidelijkheid.” Hij merkte daarbij op dat de macht niet bij Campina ligt. „Maar het staat ons vrij om andere producten te maken, zoals melkpoeder.”
Campina wist als geheel vorig jaar wel een hogere omzet te boeken. De omzet bedroeg ruim 3,6 miljard euro, 55 miljoen euro meer dan in het voorgaande jaar. De groei was onder meer te danken aan de populariteit van gezondheidsproducten als Vifit en Optimel. Campina zet daar stevig op in omdat de winstmarges hier veel hoger zijn en om de afhankelijkheid van de levering van gewone melk te verminderen. De coöperatie brengt in april een nieuw soort melk op de markt waar gezondheidsclaims op zitten om zich nog meer te onderscheiden van huismerkmelk.
Ook buiten Nederland en Duitsland groeide Campina stevig. Dit gold onder meer voor consumentenproducten in Rusland, Griekenland en Groot-Brittannië. Tevreden is de coöperatie ook over de voortgang in het Midden-Oosten, Afrika en Azië. In de laatste regio is ze ook op zoek naar uitbreiding via overnames.
Een negatieve factor, naast de strijd met de supermarkten in West-Europa, vormden de fors gestegen kosten voor energie en verpakkingen. Ook had Campina last van een verdere afbouw van Europese subsidies. De directie wilde weinig kwijt over de winstgevendheid van de activiteiten. Campina hanteert als coöperatie geen winstbegrip. Vorig jaar gaf Sanders eenmalig een winstcijfer voor 2005, van circa 72 miljoen euro.