Tirannie van de kleine keuzes
Aan het begin van het jaar krijg ik altijd een mooie folder van de universiteit waarbij ik weer allerlei keuzes mag maken uit het à la cartesysteem van arbeidsvoorwaarden.
Wat wilt u met uw brutoloon, eindejaarsuitkering, reisgeld, atv-dagen en vakantiedagen, ouderschapsverlof, sabbatical, studieverlof, eerder met pensioen, uitbetaling, een bijdrage in de reiskosten, een bijdrage in de computer thuis, fiets et cetera, et cetera. Er is een heel scala aan keuzemogelijkheden.Eigenlijk wil ik gewoon hetzelfde als vorig jaar, maar ja, wie weet is er weer wat veranderd! Ik vind het altijd zo ingewikkeld dat ik voor de zekerheid toch maar even bij personeelszaken langsloop. Je ziet ze denken: „Die professoren zijn ook maar simpele zielen.” Ik zal het niet ontkennen.
Inmiddels hebben wij tien jaar ervaring met allerlei keuzemenu’s. De animo voor nieuwe regelingen zoals de levensloopregeling is buitengewoon laag. Mensen blijken in toenemende mate moe te worden van al die keuzevrijheid. De keuzes zijn immers ingewikkeld en het kost veel tijd om echt te begrijpen wat het beste is. Vaak hebben keuzes gevolgen voor de lange termijn, maar wie kan nu voorspellen wat zijn of haar behoeften zijn over tien of vijftien jaar? Die onzekerheid beklemt en voedt de angst om verkeerde keuzes te maken.
Paradox
Volgens psychologisch onderzoek heeft de veelheid aan keuzemogelijkheden in een markteconomie inderdaad het paradoxale effect dat mensen niet meer, maar minder tevreden zijn. Dit lijkt vreemd. Je zou zeggen dat het welzijn van mensen juist toeneemt als er meer te kiezen valt. Dat is inderdaad zo, maar alleen als je het vergelijkt met een situatie waarin zij helemaal geen keuzevrijheid hebben en alles over zich heen laten komen. In zo’n situatie verbetert keuzevrijheid het welzijn aanmerkelijk.
Maar omdat het maken van keuzes ook energie en tijd vraagt en de mentale belasting van het doorhakken van knopen progressief toeneemt met het aantal alternatieven waaruit men kan kiezen, heeft te veel keuzevrijheid juist een negatief effect op het welzijn. De markt biedt een overmaat aan keuzeopties. In de supermarkt moet men kiezen uit meer dan honderd soorten koekjes; in de computerwinkel tussen vijftig soorten computers, twintig verschillende printers en dertig verschillende beeldschermen; aan universiteiten moeten studenten uit een groeiend aantal cursussen kiezen; op tv uit een groeiend aantal zenders en op de digitale relatiemarkt is het nog moeilijker om te kiezen.
En thuis worden wij constant gebeld of wij ons wel voldoende verzekerd hebben tegen inbraak („wist u dat er pas in uw straat ingebroken is?”); of wij niet goedkoper uit zouden zijn met een andere hypotheek; of het wel snor zit met ons pensioen; of wij niet veel te duur bellen? Het is, kortom, reuzedom dat wij denken thuis rustig in onze stoel te kunnen zitten om een lekker boek te lezen, terwijl wij zo veel geld zouden kunnen besparen.
Chocolade
Dat een grote keuzevrijheid tot ontevredenheid leidt, bleek onder andere ook uit een onderzoek waarbij twee groepen mensen gevraagd werd verschillende repen chocolade te proeven. Als beloning mochten zij een kleine doos chocolade mee naar huis nemen. De ene groep moest zes verschillende typen chocolade proeven, de andere dertig typen.
En wat bleek: de eerste groep was meer tevreden met de doos chocolade die zij na afloop mee mocht nemen. De onderzoekers concludeerden dat het grote aantal opties de aantrekkelijkheid van alle opties doet afnemen, ook van hetgeen wat men uiteindelijk kiest. Het is raar maar waar: hoe groter het aantal opties, hoe minder tevreden mensen zijn als zij iets kopen.
Maar waarom beperken wij ons dan niet tot een gering aantal alternatieven en laten wij de rest voor wat het is? Helaas, helaas, helaas. Daar laat het leger van adverteerders en callcenters ons geen ruimte voor. Maar het zit ook in onszelf. Wij zijn onderhevig aan de tirannie van de kleine keuzen: laten wij nog één winkel bekijken, laten wij er nog één catalogus op naslaan. Verleid door het wenkend volgende alternatief gaan wij van zes mogelijkheden naar dertig mogelijkheden, stapje voor stapje. Het is de cumulatie van kleine keuzes die mentale stress geeft. Mensen hebben steeds meer moeite om te relaxen en tevreden te zijn met wat zij al bereikt hebben.
Dit geldt met name voor hen die de neiging hebben zo veel mogelijk te willen voor de laagste prijs, de zogenaamde maximeerders. Mensen die eerder tevreden zijn, zullen veel opties links laten liggen en blijken ook gelukkiger te zijn. Mensen die het maximale eruit willen halen, zullen veel langer doorzoeken, en als zij uiteindelijk iets kopen eerder denken dat hun keuze toch niet optimaal was. De veelheid aan alternatieven maakt het immers makkelijker voorstelbaar dat er alternatieven bestaan die eigenlijk nog beter zijn. Al voordat zij iets kopen, anticiperen zij erop dat zij spijt zullen krijgen: hoe zal ik mij voelen als ik zo meteen een nog mooier shirt zie voor dezelfde prijs?
Dankbaar
Valt hier wat aan te doen? Gelukkig wel. Allereerst: wees dankbaar voor alles wat je wel hebt. Individuen die regelmatig dankbaarheid ervaren en uitdrukken, blijken psychisch gezonder te zijn dan zij die voorbijleven aan alle zegen die zij ontvangen hebben: zij zijn optimistischer over de toekomst, zijn effectiever in het bereiken van hun doelen en hebben een beter gevoel over hun leven.
Een tweede advies is: beperk je zoekinspanningen tot een paar mogelijkheden en wees tevreden met goed genoeg. Dat maakt het leven veel eenvoudiger en vergroot veeleer het geluk dan dat het daaraan afbreuk doet. Doe veel dingen routinematig… mmm… Misschien dat een mailtje naar personeelszaken ook wel volstaat: „Doe maar hetzelfde als vorig jaar.”
De auteur is hoogleraar economie, onderneming en ethiek.
Reageren? goedbekeken@refdag.nl.