D. heeft volgens het hof in Arnhem op 12 september 2003 zijn vader doodgeschoten in Losser, in het buitengebied van Oldenzaal. De auto van zijn vader, met daarin ongeveer 200.000 euro aan contant handelsgeld, verdween spoorloos.De rechtbank in Almelo vond in 2004 niet genoeg bewijs voor een veroordeling. Kort na die vrijspraak meldde D. zichzelf bij de politie en bekende alsnog uitvoerig hoe hij de moord had gepleegd. Weer later trok hij die bekentenissen in: hij zou hebben bekend omdat hij verliefd was geworden op een gevangenenbewaarster naar wie hij terug wilde.

Het gerechtshof vindt de bekentenissen van destijds echter betrouwbaar, terwijl de ontkenningen juist geen waterdicht alibi opleverden: twaalf minuten voor de moord was D. nog bij zijn vader in de auto. Bovendien is er een verband tussen het moordwapen en D. en hield hij zich na de dood van zijn vader opvallend schuil.

Was bij de rechtbank nog achttien jaar cel geëist, in hoger beroep eiste het OM zestien jaar cel tegen D.