Slechte relatie vaak oorzaak familiedrama
HAARLEM - Voor de tweede keer binnen een week tijd is Nederland opgeschrikt door een familiedrama. De geschiedenis leert dat dergelijke schokkende gebeurtenissen vaak voortkomen uit relatieproblemen. En dat de dader nogal eens psychisch ziek is.
„We zijn naar zwembad Tropicana geweest en hebben daarna lekker uitgewaaid met de kids.” Doortrapter kan een leugen amper zijn. Het was Richard H. uit Zoetermeer die in april 2005 het zwembad-sms’je naar zijn schoonfamilie stuurde. Daags daarvoor had de man zijn vrouw en hun twee dochtertjes (3 en 5) vermoord.Richard H., tot levenslang veroordeeld, wilde voor zijn vrouw en kinderen verborgen houden dat hij er in het geheim een andere relatie op nahield. De rechter toonde zich verbijsterd over het raffinement van H. Over het sms’je: „Gleden uw vingers niet van uw telefoon toen u dit soort boodschappen intikte?”
De tragische geschiedenis in Zoetermeer is een van de familiedrama’s waardoor Nederland de afgelopen jaren is opgeschrikt. De afgelopen zeven jaar deden zich in Nederland zeker 27 gevallen van moord en doodslag in gezinsverband voor.
Telkens rijst de vraag: hoe is het mogelijk dat een ouder de hand aan zijn eigen kinderen slaat?
Was er in het geval van het Zoetermeerse drama bij de dader nog sprake van een forse dosis berekende kilheid, in veel andere gezinsdrama’s staat radeloze wanhoop bij de dader op de voorgrond.
Typerend voorbeeld is het gezinsdrama in Roermond waarbij vader Peter G. in juli 2002, beneveld door liters bier, zijn huis in brand stak. Zes van zijn zeven kinderen kwamen om het leven. Thuis waren er volop problemen. Het gezin zat krap bij kas; het energiebedrijf sloot maandenlang gas, water en licht af. De dader verweet zijn vrouw de kantjes eraf te lopen. Hij moest het vuile werk opknappen en zag er geen gat meer in.
Aan nogal wat familiedrama’s liggen echtscheidingsperikelen ten grondslag. „In die situaties kan er sprake zijn van heftige verlatingsangst”, zo verklaarde psycholoog A. J. Verheugt, onderzoeker op het terrein van de persoonlijkheidsstructuur van ouders die hun kinderen doden, eerder in deze krant. „Er spelen soms ook gevoelens van wraak. De redenering is dan: als je mij niet wilt, krijg je de kinderen ook niet. Dat kan tot rigoureuze acties leiden.”
Verheugt stelt verder vast dat de dader vaak lijdt aan een psychiatrische aandoening, zoals een depressie of psychose. De wanhopige ouder denkt dat er ook voor zijn kinderen niets meer is om voor te leven.
In diverse familiedrama’s, zoals dat in Hengelo vorige week, schrijven de daders een afscheidsbrief. De 36-jarige Liesbeth van Schaik uit Berghem doodde in mei 2004 haar drie zoontjes en sloeg daarna de hand aan zichzelf. De vrouw liet thuis vijf afscheidsbrieven achter. Ze zei te verlangen naar „gemoedsrust” en wilde de kinderen „bij zich houden”, zo verklaarde de politie daags na het drama.
Het is nog niet zo eenvoudig om een duidelijke rode lijn te ontdekken in de serie familiedrama’s in Nederland. Deskundigen hameren erop dat iedere zaak in zekere zin op zichzelf moet worden beoordeeld. Ieder drama heeft zijn eigen tragische voorgeschiedenis.
In hun boek ”Moord en doodslag in Nederland (1992-2001)” onderscheiden Gerlof Leistra en Paul Nieuwbeerta zes typen kinderdoding. Kinderdoding als gevolg van fysieke mishandeling, dodingen als gevolg van psychiatrische stoornissen, kinderdodingen bij relatieproblemen tussen ouders, doding van kinderen bij een (poging tot) zelfdoding van de ouder, doding van pasgeboren kinderen door moeders en dodingen bij ruzies tussen ouders en kinderen.
Van de kinderen die door hun ouders zijn omgebracht in de periode 1992-2001 is ongeveer een vijfde als gevolg van -stelselmatige- mishandeling om het leven gekomen. Berucht voorbeeld is de dood van het meisje Rowena Rikkers (het meisje van Nulde) in 2001. De maand voor haar dood op 15 augustus 2001 werd ze mishandeld door haar stiefvader Mike J. Die zaagde het lichaam van het kind in stukken.
Dertig procent van de slachtoffers en 40 procent van de daders is van allochtone afkomst, analyseren Leistra en Nieuwbeerta in hun boek. Daders van kinderdoding krijgen ongeveer in de helft van de gevallen alleen een celstraf. De andere helft krijgt tbs, meestal in combinatie met een gevangenisstraf.
Opvallend is dat vrouwen een minder lange gevangenisstraf krijgen opgelegd als ze hun kinderen vermoorden. Moeders krijgen ongeveer drie jaar cel, vaders zeven jaar.