Bond van predikanten wil 40-urige werkweek
UTRECHT - De Bond van Nederlandse Predikanten (BNP) roept predikanten ertoe op uit te gaan van een gemiddelde werkweek van veertig uur. Dat is niet alleen goed voor de predikant zelf, maar ook voor de kerkelijke gemeente waarvoor hij of zij werkt.
De bond erkent dat een werkdag van halfnegen tot vijf uur zich niet met de taken van de predikant verdraagt en dat een incidentele overschrijding van de werktijd met het predikantschap is gegeven. Structureel meer dan gemiddeld veertig uur per week werken is echter ongewenst.Omdat zijn werk ingewikkeld is, is het des te belangrijker dat een predikant voldoende vrije tijd heeft om frisheid en distantie te houden, het werk op een goede wijze te verrichten en een burn-out te voorkomen, schrijft directeur Tobias Bos in Predikant en Samenleving, orgaan van de bond.
Ook voor de gemeente is het goed dat de predikant niet te veel uren maakt. Ze krijgt anders geen enkel beeld van wat „onder gewone omstandigheden” van een predikant mag worden verwacht. Als de predikant om wat voor reden ook zijn werktijd beter in de gaten moet houden, is de kans op een conflict groot.
Een structurele overschrijding van de werktijd moet voor zowel kerkenraad als predikant aanleiding voor bezinning zijn, schrijft Bos. „Is de werktijd wellicht te gering, of zijn de taken te veel.” Predikanten die structureel meer dan veertig uren werken, zullen zich moeten afvragen of zij hulp nodig hebben en of ze betaalde werkzaamheden moeten laten vallen.
De kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland schrijft voor dat parttime predikanten een plan opstellen om duidelijk te maken hoe ze hun tijd gaan indelen. „Ook bij predikanten die voltijds werken, is een dergelijk plan zinvol”, aldus de BNP.
Bij de bond waren op 1 januari 3358 predikanten aangesloten. De meesten, begin dit jaar 3156, komen uit de Protestantse Kerk in Nederland, maar ook verscheidene doopsgezinde, remonstrantse en vrij evangelische voorgangers zijn lid.