Tal van leiders in de wereld hebben opnieuw de noodzaak beklemtoond om zo snel mogelijk een overgangsregering te vormen waaraan alle Afghaanse bevolkingsgroepen deelnemen. De Noordelijke Alliantie maakt echter geen haast haar pas verworven machtspositie te delen. Bovendien groeit de angst bij betrokken diplomaten voor een splitsing van de anti-Taliban-alliantie.

Zo is rond de strijd om de noordelijke stad Kunduz melding gemaakt van ruzie tussen de etnisch Oezbeekse belegeraar Abdul Rashid Dostum en de Tadzjiekse belegeraars, die aanhanger zijn van de in 1996 door de Taliban verdreven president Rabbani.

De strijdkrachten van de alliantie van etnische Tadzjieken, Oezbeken en Hazaren in Afghanistan zijn ondanks luchtsteun van Amerikaanse bommenwerpers er nog niet in geslaagd de Noord-Afghaanse stad te veroveren. Die wordt verdedigd door een sterke concentratie van Taliban-strijders, vele duizenden Afghanen en buitenlandse medestrijders.

Dostum zou het eerder deze week op een akkoordje hebben gegooid met de plaatselijke Taliban-commandant. Die zou de stad aan hem overgeven. Zo’n overgave wilden de Tadzjiekse Afghanen beslist niet. Zij hebben daarom gisteren een offensief ingezet. Ondertussen zitten de burgers tussen twee vuren. Ook zijn zij het slachtoffer van de Amerikaanse bombardementen die de val van Kunduz moeten bespoedigen.

De alliantie zou later de aanval op de stad tot vanmiddag hebben opgeschort. Dat biedt de Taliban de gelegenheid zich toch over te geven. Enige honderden hebben dat naar verluidt gisteren al gedaan.

Niet overgeven
De buitenlandse strijders die zich bij de Taliban hebben gevoegd, fanatici uit onder meer Saudi-Arabië, Pakistan, de Russische Kaukausus en Oezbekistan, zullen zich waarschijnlijk niet overgeven. Onder hen is in Kunduz volgens de Russische televisie de Jordaniër Khattab, die in Tsjetsjenië dood en verderf heeft gezaaid als leider van islamitische strijders. Hij is in Rusland een van de meest gezochte terroristen.

De buitenlandse strijders, door de Afghanen „Arabieren” genoemd, zullen waarschijnlijk tot de laatste man vechten. Ze vrezen onder meer dat de overwinnaars hen zullen vermoorden.

Internationale hulporganisaties maken zich grote zorgen over het lot van burgers in het belegerde en gebombardeerde gebied en over het lot straks van gevangengenomen Taliban of hun buitenlandse bondgenoten. Donderdag meldde het Rode Kruis dat het al tussen de 400 en 600 lijken heeft verzameld van mensen die na de inname door de alliantie van Mazar-e-Sharif zijn geëxecuteerd.

verwijzing naar ander art.Zie ook pag. 27: ”Zonder ruzie en oorlog zal het niet gaan”.