De overstroming van Jakarta was de zoveelste ramp die Indonesië in korte tijd treft. Volgens het ministerie van Volksgezondheid kwamen ten minste vijftig mensen om het leven als gevolg van de overstroming, vooral door verdrinking of elektrocutie. Tussen de 240.000 en 420.000 mensen zijn hun huis kwijtgeraakt.„Elk jaar belooft de overheid weer dat er geen overstromingen meer zullen komen, maar kijk maar eens om je heen”, aldus Endang Trisilowati woensdag, terwijl haar kinderen zakken vol zwarte modder naar buiten sleepten.

Dayu Setyianing, die met haar twee kinderen meerdere nachten op een begraafplaats doorbracht omdat haar huis blank stond, zei: „Het lijkt soms of we helemaal geen overheid hebben. Ze praten veel, maar er gebeurt nooit iets.”

Vanaf 2004 is Indonesië getroffen door een reeks tragedies, met een menselijke of een natuurlijk oorzaak. Nadat 160.000 Indonesiërs als gevolg van de tsunami omkwamen, is het land het toneel geweest van bomaanslagen en twee dodelijke aardbevingen. In december kwamen meer dan 400 opvarenden van een gezonken passagiersschip om het leven en op nieuwjaarsdag kwamen alle 102 inzittenden van een vliegtuig om toen het in zee neerstortte.

De Europese Unie beloofde dinsdag 600.000 euro te doneren om de slachtoffers van de overstromingen te helpen. De Verenigde Staten geven omgerekend bijna 80.000 euro. Nederland doneert 1 miljoen euro aan noodhulp aan zijn voormalige kolonie.