Geen Golfoorlog beginnen
Moet president Bush wel of niet tot een aanval op Irak overgaan? De meningen binnen en buiten de Verenigde Staten zijn verdeeld. Doug Bandow
vindt een nieuwe Golfoorlog onverstandig. President George W. Bush zegt dat hij nog geen besluit heeft kunnen nemen over „onze politiek ten opzichte van Irak.” Niet aanvallen lijkt -na maanden te hebben besteed aan praten over omverwerping van het regime- echter ondenkbaar. Een oorlog is echter niet zo simpel en zeker als hij en vele anderen lijken te denken.
Veel argumenten zijn aangedragen om aan te tonen dat we Bagdad aan moeten vallen. Eén daarvan is dat Saddam Hussein een slecht mens is die zijn eigen volk heeft verwaarloosd. Dat is waar, maar de wereld is vól onmenselijke regimes die hun eigen bevolking hebben vermoord. Zo voert Turkije -een bondgenoot van Washington- een politiek ten opzichte van zijn Koerdische bevolking die nauwelijks vriendelijker is die van Irak.
Iets geloofwaardiger is het argument dat een democratisch Irak een voorbeeld zou zijn voor de rest van het Midden-Oosten. Maar dat vooronderstelt dat een democratie gemakkelijk is te vestigen en in stand is te houden. Samenwerkingsverklaringen van de oppositie bieden weinig hoop. De gepensioneerd generaal Anthony Zinni gekenschetst de oppositie eens als: „in zijde geklede, Rolex-dragende kerels in Londen.” De verklaringen geven niet de indruk langer stand te houden dan soortgelijke geloften in Afghanistan.
Eigenbelang
Een probleem vormen ook de Koerdische vraag om onafhankelijkheid en het verzet van sjiitische moslims tegen een centrale regering. Een Amerikaanse defensieambtenaar verklaarde in de Washington Post: „Ik denk dat het bijna zeker is dat we ook een campagne zouden moeten voeren tegen de Koerden en de sjiieten.”
Acties van Iran, waarmee Bagdad een decenniumlang oorlog voerde, zouden ook zorgen op kunnen leveren. Teheran zou een aanval op een verzwakt Irak kunnen zien als een tegengif tegen de ernstige politieke onrust die in Iran heerst.
Bovendien, terwijl de Amerikanen hun oorlog tegen Irak vooral zouden zien als een oorlog voor de democratie, zouden de meeste Arabieren die zien als een oorlog ten behoeve van het eigenbelang van Washington. Als de Verenigde Staten Saddam afzetten, maar despotische, pro-Amerikaanse regimes elders intact laten -zoals in Egypte, Pakistan en Saudi-Arabië-, zullen maar weinig Arabieren de retoriek van Washington serieus nemen.
De betrokkenheid van Saddam bij de gebeurtenissen van 11 september zou een goed argument zijn voor vernietigende vergeldingsacties, maar er is geen afdoend bewijs dat hij er inderdaad bij was betrokken.
Wapens
Het beste argument om zijn regime omver te werpen, is het vooruitzicht dat Bagdad wapens voor massavernietiging ontwikkelt. Maar als non-proliferatie afgedwongen moet worden door oorlog te voeren, zal Washington het de komende jaren heel druk hebben.
Het wapenprobleem wordt niet gevormd door landen als Iran en Noord-Korea, die erg geïnteresseerd lijken te zijn (geweest) in het ontwikkelen van atoomwapens. Het gevaar komt van landen als India, Pakistan en Rusland; landen die onvoorspelbare nationalistische en godsdienstige stromingen binnen de gelederen hebben. Die landen hebben regeringen van wisselende stabiliteit.
Het arsenaal van Pakistan is in potentie het gevaarlijkst. De regering van Pervez Musharraf is niet al te stabiel. Islamabad steunde bovendien lange tijd de Taliban. Bij hun strijdkrachten en inlichtingendienst werken vrijwel zeker sympathisanten van al-Qaida. Iedereen kan zich indenken hoe gemakkelijk Pakistans nucleaire technologie in de handen van terroristen kan vallen.
Saddam daarentegen zou zulke wapens niet gebruiken tegen Amerika, omdat dat zijn ondergang zou betekenen. Saddam weet dat Israël ook zo’n afschrikmiddel bezit.
En zou Bagdad atoomwapens aan terroristen leveren? Dat is niet waarschijnlijk. In de eerste plaats zou het opgeven van een technologie die tegen zo’n hoge prijs is ontwikkeld, uitzonderlijk zijn. Ten tweede zou Bagdad onmiddellijk verdacht zijn en waarschijnlijk doelwit van vergeldingsacties worden, mocht een terrorist nucleaire wapens gebruiken. In de derde plaats minacht al-Qaida niet-godsdienstige Arabische dictators en zou het terreurnetwerk net zo goed Saddam kunnen aanvallen als Amerika.
Geen bedreiging
Natuurlijk zou de wereld beter zijn zonder het dictatorschap van Saddam. Maar dat is geen reden om een oorlog te beginnen tegen een staat die niet een directe en voortdurende bedreiging vormt. Vooral omdat oorlog vaak onvoorspelbare consequenties heeft.
Washington zou het grootste deel van de kosten moeten dragen. Een taak die nog moeilijker en duurder wordt omdat er geen Europese steun is en de bases in Saudi-Arabië niet beschikbaar zijn.
De Verenigde Staten zouden betrokken kunnen raken in een conflict dat veel mensenlevens en politieke offers vraagt. Saddam zou ook een motief hebben om ieder massavernietigingswapen dat hij bezit te gebruiken, aangezien Washington zich zijn val ten doel heeft gesteld.
Verder zouden de Verenigde Staten olie op het vuur van ondemocratische Arabische regimes gooien, die verspreid zijn van Noord-Afrika tot Zuidoost-Azië. Rellen in Egypte, een fundamentalistische opstand in Pakistan, een golf van sektarisch geweld in Indonesië en wie weet wat meer, zouden een hoge prijs betekenen voor enig succes in Irak.
Oorlog is een ernstige zaak. Een oorlog beginnen met een land dat de Verenigde Staten niet bedreigt, is bijzonder ernstig. Zelfs als de optimisten die denken dat een campagne tegen Irak simpel is gelijk hebben -en we kunnen slechts hopen dat ze dat hebben-, moet oorlog een laatste toevlucht zijn. Zoals Richard Armey, leider van de meerderheid in het Parlement, waarschuwde, zou een aanval die niet uitgelokt is „niet consistent zijn met wat we als land zijn geweest of wat we als land zouden moeten zijn.”
De auteur is publicist en was adviseur van de voormalige Amerikaanse president Reagan.