Binnenland

Urenlang opgesloten in de trein

WOERDEN - „De NS moet goed weten dat dit niet kan”, zegt Marieke de Vries (24). De Utrechtse zat gisteravond ruim 3,5 uur vast in de trein tussen Woerden en Bodegraven. „Ramen en deuren zaten dicht. Niemand van het NS-personeel was bereikbaar. Op een gegeven moment raakte ik echt even in paniek.”

Janita ten Voorde
30 January 2007 11:16Gewijzigd op 14 November 2020 04:28

Na een drukke studiedag in Leiden zit De Vries in de trein van Leiden naar haar woonplaats Utrecht. Even buiten Bodegraven gebeurt er iets vreemds. „Boven de trein zag ik plotseling een flits. De trein stond meteen stil en de lichten vielen uit”, vertelt De Vries.In het begin lijkt het niet ernstig. „De NS riep om dat er iets mis was met de bovenleiding. Dat gebeurt wel vaker.”

Na anderhalf uur wordt duidelijk dat er meer aan de hand is. „De kachel ging uit. Ramen en deuren mochten niet open. De NS vertelde niet waarom. Dat zorgde voor veel onzekerheid. Er waren reizigers die een paar kilometer van de plek waar we stilstonden woonden. Zij wilden lopend naar huis.”

Het meest ernstig vindt De Vries dat er niemand van het NS-personeel bereikbaar is. „Alle deuren zaten dicht. Wij konden nergens uit. Op een gegeven moment raakte ik echt even in paniek. Stel dat er iemand onwel wordt, dan begin je niets.”

De sfeer in de coupé is volgens De Vries saamhorig. „Iedereen reageerde gelaten op de situatie. Niemand was chagrijnig. We hadden uitzicht op de weilanden. Een jongen belde naar huis. Hij zei: „Dag mam, ik sta nog steeds in m’n weiland.”

Om de tijd door te komen, kijkt De Vries, docente Engels op het Witsius College in Barneveld, wat schriftelijke overhoringen na van leerlingen. „Door middel van een aggregaat hadden we na drie kwartier weer licht. Hierdoor kon ik gelukkig wat doen. Er waren ook mensen die niets bij zich hadden. Zij sliepen of belden naar huis.”

Om halfacht krijgt De Vries te horen dat de vertraging nog een uur gaat duren. „Ondertussen had ik behoorlijk trek. Gelukkig was er een meisje die chocolaatjes uitdeelde. Iemand anders ging rond met een zakje KitKats. Naast mij zat een meisje, die zei: „Ik ga nu m’n laatse pakje fris opdrinken. Dat klonk heel gelaten.”

Verontwaardigd over de situatie belt de Vries rond halfnegen naar haar moeder. Die vroeg de politie in Woerden om opheldering. „Een defecte bovenleiding bleek de oorzaak van de vertraging. Er waren niet voldoende bussen beschikbaar. Dat was de reden dat wij niet naar buiten mochten. Uiteindelijk kregen wij dit pas na negen uur te horen.”

Volgens een voorlichter van ProRail was het te gevaarlijk om passagiers te evacueren. De bussen konden niet dicht genoeg bij de rails komen.

Om kwart over negen kan uiteindelijk de bovenleiding worden gerepareerd en gaat de trein na 3,5 uur weer rijden. „Er ging een luid gejuich op in de coupé.”

Haar vertrouwen in de NS is door de gebeurtenis behoorlijk geschaad, vertelt de Utrechtse docente. „Het is toch onbegrijpelijk dat wij pas na drie uur te horen kregen wat er precies aan de hand is? Wij zaten 3,5 uur in het donker zonder eten en drinken. Bovendien konden wij de trein niet verlaten. Het NS-personeel was onbereikbaar. In veel derdewereldlanden komt dit regelmatig voor, maar in Nederland had dit niet hoeven gebeuren. Een excuus hiervoor vind ik op zijn minst op zijn plaats.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer