Opinie

Mobilisatie van libertijnen en atheïsten

Seculier Nederland is bezorgd. Ernstig bezorgd. Christenen zijn in opmars. Twee van de drie partijen die in de nieuwe regering willen, hebben een christelijk profiel. Beide hebben een leider die past in het stereotype beeld van de gereformeerde mannenbroeder. En met de derde onderhandelaar, Bos, is het ook oppassen geblazen. Want hij is net als de andere twee tijdens zijn studie aan de VU overgoten met het gereformeerde sop. Onchristelijk Nederland staat op scherp. Aan een revival van christelijke waarden en normen heeft het beslist geen behoefte.

W. B. Kranendonk
26 January 2007 19:42Gewijzigd op 14 November 2020 04:28
Christenen zouden vaker hun stem moeten laten horen. Foto: de demonstratie tegen euthanasie in Den Haag op 11 april 2001. Foto RD, Henk Visscher
Christenen zouden vaker hun stem moeten laten horen. Foto: de demonstratie tegen euthanasie in Den Haag op 11 april 2001. Foto RD, Henk Visscher

Als je de columns en opiniestukken in de seculiere pers moet geloven, dreigen er zware tijden voor ons land en volk aan te breken. Niet zozeer omdat er veel tegenwind op het terrein van de economie is te verwachten. Dat valt wel mee. De wind is gedraaid en daardoor lijken er voor het zakenleven betere tijden aan te breken. Nee, de seculiere smaakmakers zijn bang dat de ethische verworvenheden van bijna tien jaar paars bestuur zwaar onder vuur komen te liggen.Zomaar een voorbeeld. Twee weken geleden wijdde NRC-columniste Heleen Mees een bijdrage aan de zorg die bij de ChristenUnie leeft over de abortuspraktijk in ons land. Het feit dat de CU-leider er sterk voor pleit in de toekomst in ieder geval de bestaande wet te handhaven, legt Mees uit als „het knabbelen aan de randen van de abortuswet.” De vrouw die baas in eigen buik wil zijn, is dus gewaarschuwd.

De NRC-schrijfster draait in haar artikel de zaken gewoon om. Rouvoet keert zich tegen het oprekken van de wet. Hij wil eenvoudig de regels handhaven. Dat is precies wat een regering moet doen. Geen burger kan daar iets op tegen hebben. Mees zegt echter: „Dat pleidooi van Rouvoet om de regels strikt toe te passen is op zich al knabbelen aan de randen van de wet.”

Dat is wel een heel merkwaardige redenering. Feitelijk bevestigt Mees met deze opstelling de zorg die bij de pro-lifebeweging leeft, namelijk dat voorstanders van abortus het niet zo nauw nemen met de regelgeving. Wie moet er dan tot de orde geroepen worden? Mees of Rouvoet?

In ieder geval is de boodschap van de NRC-columniste duidelijk: Seculier en vooral progressief Nederland moet op zijn tellen passen; met het binnentreden van orthodoxe protestanten in de Trêveszaal loopt ons land groot gevaar. Er dreigt een machtsgreep van de gereformeerde ayatollahs die zich opmaken om een streng religieus bewind te voeren. Vandaar de stroom alarmerende stukken van seculiere opinieleiders. Libertijns Nederland heeft de mobilisatie uitgeroepen.

Frontvorming
In de Verenigde Staten is de atheïstische beweging inmiddels een stap verder. Het rechtse, conservatieve bewind van president Bush, dat het heft in handen kreeg dankzij de steun van de evangelicale beweging, verontrust atheïsten en niet-godsdienstigen in hoge mate. Ook al wordt binnen orthodox-christelijke kringen in de VS inmiddels behoorlijk getwijfeld aan de christelijke bedoelingen van Bush, omdat daadwerkelijke ombuiging van beleid vrijwel uitblijft, toch bestaat bij progressieve en veel niet-christelijke Amerikanen het beeld dat de president op ethisch terrein „de klok terugzet.” Een zevental organisaties van atheïsten, humanisten, vrijdenkers en agnosten heeft inmiddels de handen ineengeslagen om een front te vormen tegen de conservatief-christelijke koers van de regering-Bush. Daarbij richten zij zich niet alleen tegen de president maar ook tegen de toenemende invloed van rechts-christelijke groepen. De zeven hebben de Secular Coalition for America (SCA) opgericht.

Deze organisatie wil een lobby zijn voor het niet-godsdienstig denken. Niet het joods-christelijke maar het liberale (of liever: libertijnse) gedachtegoed moet volgens de SCA de Amerikaanse samenleving stempelen. Daarbij wijst deze coalitie voortdurend op de scheiding van kerk en staat zoals die in de Amerikaanse grondwet is vastgelegd. Dat is voor de SCA het argument om zich met kracht te verzetten tegen de groeiende invloed van evangelicalen in regeringskringen.

Daarbij gaat de SCA overigens wel erg gemakkelijk voorbij aan het feit dat de Amerikaanse grondwet duidelijk sporen draagt van het christelijk denken dat in de zeventiende eeuw leidend was. Maar dat terzijde.

De gedrevenheid waarmee de organisatie de kruistocht tegen het christendom voert, spreekt boekdelen. Zo zijn vertegenwoordigers van de SCA actief op internet. Zij nodigen jongeren uit video’s te mailen waarin ze zich uitspreken tegen het geloof in een God in de hemel en tegen het christendom. Wanneer de jongeren dit doen en hun video opsturen, ontvangen ze een gratis documentaire waarin wetenschappers met argumenten duidelijk maken dat het christelijk geloof onredelijk en belachelijk is. Inmiddels hebben 85.000 bezoekers interesse getoond voor de site van deze fanatici.

Van slag
De voormalige journalist van het magazine Time, de christen David Aikman, maakt zich nog niet druk over de invloed van de SCA. Hij noemt de coalitie „een militante club die ongevaarlijk maar wel lastig is.” Maar de intolerantie die ze toont, irriteert hem wel. „Libertijnen willen graag vriendelijk en verdraagzaam overkomen. Maar dat alles houdt op zodra ze maar vermoeden dat mensen ergens een piketpaal willen slaan. Zelfs het overwegen ergens paal en perk aan te stellen, leggen dit soort vrijdenkers al uit als beknotting van hun voorrechten. Ook al hebben ze er in de praktijk geen enkele last van. En als christenen erbij zijn betrokken, dan zijn libertijnen helemaal van slag. Hun verzet tegen gelovigen is direct heel massief. Weet u waarom? Omdat ze ten diepste beseffen niet tegen de Naam van Christus te zijn opgewassen.”

Voor Nederlandse christenen is de gedachtegang van Aikman wellicht te oppervlakkig. Als echte Amerikaan eigent hij zich de Naam van Christus toe voor de politieke koers die hij voorstaat. Maar daarmee is de redenering niet van tafel. Het zou inderdaad wel eens kunnen zijn dat het verzet van atheïsten, vrijdenkers en libertijnen tegen deelname van christenen aan de regering te maken heeft met hun afkeer van de Naam van Christus. De Bijbel zegt dat Zijn Naam tweedracht brengt.

Christenen doen er goed aan dat laatste te onthouden als zij zich afvragen hoe zij zich het beste kunnen gedragen wanneer antichristenen van hun afkeer van gelovigen blijk geven. Soms is lijdzaam toezien de beste weg. Er zijn in de kerkgeschiedenis momenten geweest dat de Heere voor de christenen streed en zij stil moesten zijn. Zo beleefden in ieder geval de Nederlandse protestanten het vergaan van de Armada in 1588. „Gods adem heeft hen verstrooid”, stond op een gedenkmunt uit die dagen. Anderen verdroegen de smaad en hoon omdat zij sterk leefden bij het perspectief op de eeuwige zaligheid. Stéfanus zag de hemel geopend terwijl de keien hem troffen en martelaren gingen zingend de brandstapel op. Het dragen van de martelaarskroon werd zeker in de oude kerk als een bijzondere genade gezien.

Weerwoord
Toch is ”dragen en verdragen” niet in alle gevallen de meest aangewezen weg. Er zijn momenten dat christenen hun stem moeten verheffen tegen de kritiek, de karikaturen en de misvattingen. Primair daarbij zullen zij zelf de vraag moeten en willen stellen: gaat het om eigenbelang of om de eer van God? Wanneer dat laatste aan de orde is, dan is zwijgen zonde. Richt de spot zich op de christen, dan staat hij voor de vraag: doe ik mijn mond open of niet? Daar valt lang niet altijd een eenduidig antwoord op te geven. Kritiek op de kerk is soms impliciet kritiek op de Koning van de kerk.

Spotters de mond snoeren valt binnen de huidige liberale maatschappij niet mee. Zelden zegt de rechter dat zij hun boekje te buiten zijn gegaan. Kritiek weerleggen is moeilijk en karikaturen wegnemen bijna onbegonnen werk. Waarbij ook nog kan worden opgemerkt dat christenen soms zelf aanleiding geven tot karikaturen.

Toch is dat niet altijd onmogelijk. Anderhalf jaar geleden werd bij velen in de samenleving het karikaturale beeld van de SGP fors bijgesteld door de uitzending van een documentaire over de partij. Veel Nederlanders kwamen tot de ontdekking dat de achterban van die „strenggereformeerde partij” bestaat uit „heel normale, vriendelijke en weldenkende mensen.”

Ven belang is duidelijk te maken wie je bent en waarvoor je staat. Dat is de taak die christenpolitici op dit moment hebben nu zowel het CDA als de CU een rol speelt in de formatie. Inderdaad, laten zien dat christenen gewone, weldenkende mensen zijn met reële ideeën. Maar ook mensen die ergens voor staan. Het gevaar in de strijd tegen karikaturen is dat men het tegendeel van de kritiek gaat overaccentueren. Waardoor opnieuw een verkeerd beeld ontstaat, of waardoor men water bij de wijn gaat doen.

Juist nu de christelijke politiek meer dan voorheen een factor van betekenis wordt, mag dat laatste niet gebeuren. „Christenen hebben nogal eens de neiging zich eufemistisch uit te drukken om daarmee bij niet-christenen goed over te komen”, zei John White, rector van het Geneva College in Beaver Falls (VS), vorige week in een redevoering voor christenmanagers. „Daardoor verschieten ze vaak ongemerkt van kleur, krijgen zij een flets profiel en worden op de duur ongeloofwaardig.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer