De ambassade is volgens Van Heemstra dagelijks bezig met de zaak, maar hij heeft de hoop opgegeven dat Indonesië de twee hoofdverdachten gaat vervolgen.

Of er een rechtszaak komt in Oost-Timor is ook nog maar de vraag. Een van de verdachten is de Oost-Timorees Camillo dos Santos, maar die verblijft nog steeds in Indonesië.

De broer van de vermoorde journalist, P. Thoenes, en zijn echtgenote waren begin deze week in Oost-Timor ter gelegenheid van de onthulling van een gedenksteen voor Sander Thoenes en spraken met president Gusmao over de zaak. De leidsman reageerde ontwijkend over een eventuele rechtszaak. Hij geeft de voorkeur aan het „proces van verzoening”, zei hij voor de camera’s van NOVA.

De broer van Thoenes kon dit wel enigszins begrijpen nu hij de situatie in Oost-Timor met eigen ogen had gezien. „Als de mensen hier zich kunnen verzoenen met wat er gebeurd is, moet ik dat ook kunnen.”

Sander Thoenes werd in september 1999 vermoord nabij de hoofdstad Dili. Hij was correspondent in Indonesië voor het Britse dagblad Financial Times en het Nederlandse weekblad Vrij Nederland. Thoenes deed op Oost-Timor verslag van het geweld dat pro-Indonesische milities pleegden in reactie op de uitslag van een referendum voor onafhankelijkheid en afscheiding van Indonesië.

De Nederlandse rechercheur Gerrit Thiry heeft samen met de Verenigde Naties onderzoek verricht naar de moord op Thoenes. Thiry heeft twee leden van bataljon 745 aangewezen als hoofdverdachten van de moord op Thoenes, maar de Indonesische procureur-generaal weigert de zaak vooralsnog voor het Oost-Timor-tribunaal te brengen.