Vragen
Hoe vindt u het als u alleen bent en wat zegt uw binnenkamer ervan? Kunt u zich wel altijd stellen voor Gods aangezicht? Gebeurt het vaak dat u met die geloofsoefening en eerbiedige gestalte in de tegenwoordigheid van de Heere bent? Is het niet steeds uw gedachte dat het maar een algemene overtuiging van het geweten is?
Wat drijft u dan? Wat zoekt u in uw binnenkamer? Is het soms een lust om met God gemeenzaam te zijn die u ernaartoe zendt? Antwoord, mijn ziel!Indien het niet zo is, wat gaat u er dan doen? Of komt u ervandaan zoals u ernaartoe bent gegaan? Waarom stelt u het zolang uit om tot God te gaan en wat belet u? Is het niet een bewijs dat u zo vijandig bent, dat u zo weinig met hem verkeert? Of is het een bewijs van Zijn hoogheid, dat u afdrijft? Of kunt u uzelf niet meekrijgen in die plicht?
Waar wandelt u dan de gehele dag? Wat geeft uw hart op en wat mediteert u zoal? Of bent u nog een vreemdeling van die zoete oefeningen? Hoe lang kunt u zonder God leven? Ja, heugt het u nog wel dat u gemeenzaam met Hem bent geweest, of weet u het niet meer? Kunt u wel onderscheiden of de Heere ver of nabij u is?
Anonieme Engelse tekst (”Eens christens onderzoek”, 1727)