Christelijk antwoord is redelijk
Titel: ”Ik heb te weinig geloof om een atheïst te zijn”
Auteur: N. L. Geisler en F. Turek
Uitgeverij: Ark Boeken, Amsterdam, 2006
ISBN 90 3381 833 7
Pagina’s: 560
Prijs: € 19,95.
De Amerikaanse schrijvers Norman L. Geisler (theoloog) en Frank Turek (bedrijfskundige) komen in hun boek ”Ik heb te weinig geloof om een atheïst te zijn” tot standpunten die tegengesteld zijn aan die van Dawkins. Voor hen is het christelijke antwoord redelijker en vergt minder geloof dan enig ander antwoord, inclusief dat van een atheïst.
De auteurs keren zich tegen de gedachte dat evolutie God overbodig heeft gemaakt, dat wetenschap zich alleen bezighoudt met feiten, terwijl de godsdienst zich in het domein van het geloof ophoudt. Alle religieuze wereldbeschouwingen, inclusief het atheïsme, maken waarheidsclaims. Het boek oogt sympathiek omdat het uitgaat van het feit dat het christendom en het geloof in God op bewijs en kennis rust, zonder dat de waarheid als zodanig (strikt logisch) bewezen kan worden. De schrijvers beroepen zich op getuigenissen van tijdgenoten van Jezus, op oude geschriften en op wetenschappelijk vastgestelde feiten in de biologie en de geologie.
Tegelijkertijd zeggen zij dat bewijs op zich niemand tot geloof kan brengen. Geloven is ook een kwestie van wil en overgave aan de argumenten. „God heeft in dit leven genoeg bewijzen aangebracht om iedereen die wil geloven te overtuigen, maar hij heeft ook enige vaagheid laten bestaan om hen die niet willen niet te dwingen.”
De auteurs laten een scala aan onderwerpen de revue passeren, zoals de kenbaarheid van de waarheid en van de werkelijkheid, het bestaan van de theïstische God (een bovenwereldse God Die begin en ontwerp van heelal is, en van de morele wet), het voorkomen van wonderen, de historische betrouwbaarheid van het Nieuwe Testament, de Godheid van Jezus, de Bijbel als het Woord van God.
Zij geven ook de ernst van het onderwerp door: niet alle religies zijn gelijk en waar (al is er wel waarheid in de verschillende religies te vinden). En ook: de waarheid heeft eeuwige consequenties.
Jammer dat de schrijvers duidelijk de vrije wil leren. „Je kunt Christus afwijzen, omdat hij je vrije wil werkelijk vrij heeft gelaten.” Wel terecht schrijven zij: „Allen die in de hel zijn, hebben dat zelf gekozen. Zonder die eigen keus zou er geen hel kunnen zijn.” Maar dan ook weer te optimistisch: „We hebben filosofisch en vanuit de Bijbel aangetoond dat Jezus de enige is die oneindige gerechtigheid met oneindige liefde kan verzoenen.”