Talibanleider gedood
KANDAHAR (ANP) – De internationale coalitiemacht heeft in het zuiden van Afghanistan een van de hoogste leiders van de opstandige Taliban gedood. Mullah Akhtar Mohammad Osmani kwam begin deze week om het leven door een luchtaanval in de provincie Helmand, maakte een woordvoerder van de door de Amerikanen geleide troepenmacht zaterdag bekend.
Osmani was leider van de militaire operaties van de rebellen in onder meer de gewelddadige zuidelijke provincies Uruzgan, Kandahar en Helmand.
De Afghaan gold volgens een verklaring als een „naaste bondgenoot” van Osama bin Laden, leider van het terreurnetwerk al–Qaeda. Ook onderhield hij nauwe banden met Gulbuddin Hekmatyar, een krijgsheer in het grensgebied met Pakistan. „Zijn dood is een belangrijk succes in de strijd tegen extremisten en hun terroristische netwerken”, aldus de woordvoerder.
’Betrouwbare inlichtingen’ brachten de troepenmacht op het spoor van de verblijfplaats van Osmani, niet ver van de grens met Pakistan. Een bombardement op zijn auto kostte hem op 19 december het leven. Ook twee andere, onbekende inzittenden werden tijdens de luchtaanval gedood.
Osmani speelde volgens de verklaring een centrale rol in het mogelijk maken van „terroristische operaties”. Zo zou hij medeverantwoordelijk zijn voor aanslagen met bermbommen, zelfmoordaanslagen, ontvoeringen, „ontelbare wreedheden tegen onschuldige burgers” en rechtstreekse aanvallen op troepen van de coalitie, de NAVO–missie ISAF en Afghaanse militairen.
De Taliban hebben de dood van hun commandant in een reactie aan het persbureau Reuters ontkend. Hij bevond zich volgens een commandant niet in het betreffende gebied. „Dit is gewoon propaganda tegen de Taliban”.
Osmani voerde tijdens de val van het Taliban–regime eind 2001 de troepen in het zuidelijke bastion Kandahar aan. Amerikaanse militairen pakten hem in 2002 op, maar lieten hem enkele weken later per ongeluk weer gaan, waarop Osmani naar Pakistan vluchtte. „Dat is een fout die niet meer gemaakt kan worden”, aldus de Amerikaanse woordvoerder.
De Afghaan gaf in de zomer van 2005 een interview aan een Pakistaans televisiestation. Deels gesluierd stelde hij toen dat het „absoluut goed” gaat met Bin Laden en Mullah Mohammad Omar, de leider van de Taliban. De eenogige Taliban–voorman zou zijn strijders nog steeds aanwijzingen geven. „Er zijn geregeld bijeenkomsten, maar Mullah Omar is daar niet bij. Als er besluiten moeten worden genomen, nemen we contact met hem op”, aldus Osmani over de voortvluchtige leider.
