Met een ijzeren pookje hengelt Coen Smits in het binnenwerk van een autoportier. Wie niet beter weet, denkt dat de Brabander bezig is de wagen te stelen. In werkelijkheid wipt hij met haast chirurgische precisie in enkele handbewegingen een fikse deuk uit de zijkant van een antracietgrijze Citroën Picasso.Smits is gespecialiseerd in uitdeuken zonder spuiten, een reparatietechniek die al in de jaren negentig overwaaide uit het buitenland, maar in Nederland nog bijna dagelijks aan populariteit lijkt te winnen. Begrijpelijk, want waar traditioneel schadeherstel al snel neerkomt op schuren, plamuren en overspuiten, lukt het de Berlicummer om met ogenschijnlijk simpel gereedschap -het pookje doet nog het meest denken aan een golfstick- menige buts uit kostbaar plaatwerk te verwijderen.

Smits -aanvankelijk volgde hij een opleiding tot conventioneel schadehersteller- kwam in 1994 in aanraking met uitdeuken zonder spuiten. „Tijdens een demonstratie sloeg een Amerikaan een prachtdeuk in een dure auto. Wij cursisten wisten niet wat ons overkwam. In ”no time” had de man de schade echter alweer verwijderd. Een fraai stukje handwerk. Ik was direct verkocht. Dat wilde ik ook kunnen.”

In Nederland was Smits een van de pioniers in de reparatietechniek, inmiddels heeft hij zo’n honderd collega’s. „Niet veel, gezien de omvang van het Nederlandse wagenpark.”

Opfrissen

Naast de Picasso staat er in de showroom van Broers Occasions in Gouda nog een aantal auto’s te wachten op een ’restyling’ door Smits. Wagens met „typische gebruiksschade”, aldus Smits. „Ik herstel vooral veel parkeerschades, meestal ontstaan door openslaande portieren of winkelwagentjes. Daarnaast kan een flinke hagelbui een auto veranderen in een soort gatenkaas.”

Hoeveel auto’s Smits per dag weet op te frissen, is afhankelijk van het aantal deukjes en de ernst van de schade. „Gemiddeld doe ik er een stuk of tien.”

Volgens Ron Tolenaars van Broers Occasions is het uitdeuken niet zozeer bedoeld als waardevermeerdering van zijn gebruikte wagens, maar geldt het reparatiewerk vooral als service voor de klant. „Wij verkopen geen auto’s met opzichtige deukjes: het oog wil ook wat. En ook al vallen parkeerschades lang niet iedere klant op, occasions horen gewoon netjes te zijn.”

De prijs van een auto wordt volgens de verkoper hoofdzakelijk bepaald door merk, type en kilometerstand: parkeerdeukjes doen niet veel aan die waarde af. „Ook handelaren weten dat dit soort kleine schades tegen relatief geringe kosten te verwijderen zijn.”

Waar menig autobedrijf de reparatietechniek gretig omarmt, hebben consumenten dikwijls geen weet van de voordelen, zegt Smits. „Uitdeuken zonder spuiten is doorgaans minstens de helft goedkoper dan traditioneel schadeherstel. En omdat er geen druppel verf aan te pas komt, spaart de techniek het milieu.”

Door de relatieve onbekendheid bij de consument, doen op verjaardagen een boel indianenverhalen de ronde omtrent uitdeuken zonder spuiten. „Een hardnekkig misverstand is dat de deukjes zouden worden weggemasseerd. Pertinente onzin. Dat zou betekenen dat ik van binnenuit overal maar wat wrijf en druk en dat de buts dan vanzelf verdwijnt. Ik zoek juist in het plaatwerk naar één vast punt en druk alleen daar. Wanneer je dat niet doet, maak je er een puinhoop van.”

Voetbal

Mits de lak niet beschadigd is, kan Smits deukjes in plaatwerk veelal geheel verwijderen. Ook moet er geen sprake zijn van rek in het metaal. „Dan kan ik doen wat ik wil, maar houd ik altijd een stukje metaal over.”

Moest Smits het jaren geleden nog zien te rooien met een handvol gereedschappen, inmiddels zijn er ’golfsticks’ voor welhaast iedere auto voorhanden. „Daardoor kan ik op nagenoeg iedere plek in het binnenwerk komen.”

Lukt dat onverhoopt niet, dan lijmt Smits een soort voetje op de deuk, wat hij er vervolgens met een slagtrekker weer aftrekt. Het deukje transformeert hierdoor in een bultje, dat met een speciaal hamertje wordt weggetikt.

Door de voortschrijdende techniek weten Smits en zijn collega’s steeds grotere schades te herstellen. „Konden we vroeger slechts deukjes aan ter grootte van een rijksdaalder, inmiddels weten we raad met -om in die termen te blijven- een munt van 25 euro. Vergelijk het met de afdruk van een flinke voetbal.”

De ene auto blijkt echter de andere auto niet, merktechnisch zijn er volgens Smits grote verschillen. „Duitsers leveren over het algemeen auto’s af met zeer degelijk plaatwerk. Daar krijg je niet zo snel een deukje in. Blik van Franse auto’s is al wat soepeler, maar dat Italiaanse spul is echt boterzacht.”

Dolblij

Smits wordt voornamelijk ingeschakeld door autobedrijven, zo af en toe werkt hij voor een particulieren. „Het contact met die klanten is erg leuk. Een particulier zie je dolblij worden wanneer ik de deuken uit zijn wagen verwijder. Voor een autobedrijf is dat natuurlijk heel gewoon.”

Toch noemt Smits het werken voor particuliere klanten niet ideaal. „Ergens naartoe rijden om één auto op te knappen is niet efficiënt. Mensen kunnen ook wel bij mij langskomen, maar het nadeel daarvan is dat ik dan ook ’s avonds nog bezig ben. Het leven is echter meer dan deuken verwijderen.”

Toch laat het uitdeuken Smits ook buiten werktijd niet los. „Tijdens het autorijden ben ik snel afgeleid. Ieder deukje valt me op. „Kijk, daar rijdt omzet”, roep ik dan naar mijn vriendin. Maar wat veel erger is: zelfs zij begint er nu op te letten.”

Zijn „rechtmaakobsessie” strekt zich ook uit naar andere objecten dan auto’s. „Een beschuitblik of een koektrommel: als er thuis ergens een deukje in zit, moet dat eruit. Zo ver is het inmiddels gekomen.”

Meer informatie: 06-52592999.